Na een beenmergtransplantatie lijkt het hiv-virus bij twee patiënten als sneeuw voor de zon verdwenen. Onderzoekers waarschuwen echter dat van genezing of een medicijn nog geen enkele sprake is.

HIVTwee mannen lijken na een ‘toevallige’ beenmergtransplantatie genezen van hiv. Dat blijkt uit een onderzoek gepresenteerd op de International Aids Society Conference in Kuala Lumpur, zo meldt BBC News. De mannen werden in het Brigham and Woman’s Hospital in de VS behandeld voor maligne lymfoom, een vorm van bloedkanker, waarvoor ze beenmerg van gezonde donoren kregen. Sindsdien hebben dokters geen spoor van hiv kunnen vinden in het bloed van de mannen, ook niet nadat de medicatie was stopgezet.

Hiv is een lastig te bestrijden virus omdat het zich verschuilt in lichaamseigen eiwitten. Het virus bouwt ongemerkt reservoirs op in verschillende delen van het menselijk lichaam, waaronder het beenmerg. De onderzoekers veronderstellen dat het getransplanteerde merg werd beschermd door de medicijnen die de patiënten op dat moment nog gebruikten en geen nieuwe reservoirs werden opgebouwd.

Kunnen ­gedachten de bron zijn van fysieke klachten?
LEES OOK

Kunnen ­gedachten de bron zijn van fysieke klachten?

Sebastiaan van de Water zocht uit hoe wetenschappers het nocebo-effect proberen te begrijpen en onder de duim proberen te houden.

Het is echter niet zeker of de mannen daadwerkelijk zijn genezen. Het virus kan zich in het brein of het maag-darmkanaal hebben genesteld en later nog bij de patiënten opduiken. Bovendien is een beenmergtransplantatie geen geschikte remedie: 15 tot 20 procent van de patiënten overleeft zo’n ingreep niet. Wel is de ontdekking van groot belang voor het onderzoek naar hiv, meldt een van de betrokken artsen tegenover de BBC, zelfs als het virus alsnog terugkomt. ‘Dat zou betekenen dat andere plekken dan het beenmerg een belangrijk reservoir voor het virus zijn en we nieuwe methoden nodig hebben om deze in kaart te brengen.’