Straatverlichting rondom regenwouden kan een negatief effect hebben op herbebossing en biodiversiteit. Een reden daarvoor is dat fruitvleermuizen, die zorgen voor de verspreiding van veel plantensoorten, verlichte gebieden mijden.

Bladneusvleermuis
Hangende bladneusvleermuizen
Bron: Becky Allan

De fruit-etende bladneusvleermuis (Carollia sowelli), blijkt ’s nachts, in tegenstelling tot vleermuizen die insecten eten, kunstmatig verlichte plaatsen te mijden tijdens het zoeken naar voedsel. Dat melden biologen Daniel Lewanzik en Christian Voigt, verbonden aan het Duitse Institute for Zoo and Wildlife Research, deze week in het Journal of Applied Ecology.

Als die fruitvleermuizen verlichte gebieden mijden, kan dat gevolgen hebben voor de zaadverspreiding van alle plantensoorten die ze eten. Door rond te vliegen, produceren de dieren normaal gesproken een overvloedige ‘zaadregen’ met hun uitwerpselen. Maar als ze kunstmatig verlichte gebieden mijden, loopt de biodiversiteit van het regenwoud gevaar. Bovendien kan versnipperd bos minder goed herstellen.

‘Invasieve exoten bestrijden  doet meer kwaad dan goed’
LEES OOK

‘Invasieve exoten bestrijden doet meer kwaad dan goed’

Het is doorgaans geen goed idee om invasieve exoten te bestrijden, stelt Menno Schilthuizen. Daarmee vertraag je het natuurlijke proces.

Vleermuizen zijn nachtdieren, en dus over het algemeen gevoelig voor zowel natuurlijk als kunstmatig licht. Biologen hadden tot nu toe nog zeer weinig bewijs dat die vliegende zoogdieren straatverlichting ook daadwerkelijk mijden. Wel was er bewijs dat insect-etende vleermuizen straatverlichting opzoeken, omdat het licht insecten aantrekt.

De onderzoekers lieten met twee experimenten in Costa Rica zien dat bladneusvleermuizen een sterke voorkeur hebben voor vruchten die zich in een donkere omgeving bevinden. Het eerste experiment was een keuze-experiment. Daarbij lieten de onderzoekers vleermuizen uit het La Selva-reservaat los in een kooi met twee compartimenten. In beide ruimtes lag fruit, alleen de ene ruimte was donker, en de andere was kunstmatig verlicht. De dieren lieten een duidelijke voorkeur zien voor de donkere ruimte. Ze gingen gemiddeld twee keer zo vaak de duistere ruimte binnen, in vergelijking met de verlichte ruimte.

Het tweede experiment van de onderzoekers was een veldonderzoek. Door lampen te plaatsen bij willekeurige fruitdragende peperplanten (Piper sancti-felices) keken de twee wetenschappers of het licht ook het gedrag van de wilde populatie fruitvleermuizen beïnvloedt. Uit dat experiment bleek dat ook wilde bladneusvleermuizen vaker fruit weghaalden bij planten die in het donker stonden.

Terugdringen die straatverlichting, zo concluderen Lewanzik en Voigt. Dan kunnen de vleermuizen weer overal ongestoord rondvliegen.

Lees verder: