Ik heb gelijk. Of tenminste een beetje. Er is inderdaad een verband tussen ogen en intelligentie (zie blog Slimme ogen). Promovenda Fleur Boot van Erasmus MC onderzoekt bijvoorbeeld een nieuwe methode om verstandelijk beperkte kinderen op te sporen. Hun ogen verraden hun beperking waarschijnlijk al vóór hun omgeving deze heeft opgemerkt.
Dat zit zo: onze ogen reageren met kleine bewegingen op de beelden die we waarnemen. Om precies te zijn, onze hersenen laten onze ogen bewegen, zodra ze die beelden herkennen. De ogen van verstandelijk beperkte kinderen doen dat net wat later dan die van ‘normale’ leeftijdgenootjes. En dat kun je meten.
In de jaren '50 werden oogbewegingen gemeten met
behulp van spiegelglazen. (Bron: Popular Mechanics, 1954)
Softies? Sneeuwvlokjes? Niks daarvan – Gen Z is superkrachtig, zegt deze neurowetenschapper
Niks sneeuwvlokjes. Volgens neurowetenschapper Eveline Crone zijn hedendaagse jongeren juist sterk in een extreem ingewikkelde tijd.
Ogen verraden nog veel meer dan dat. Of een peuter je begrijpt als je hem iets zegt, bijvoorbeeld. Wetenschappers aan de Rijksuniversiteit Groningen onderzoeken aan de hand van oogbewegingen hoe kleine kinderen een taal leren. Dat doen ze bijvoorbeeld door kinderen naar plaatjes op een computerscherm te laten kijken. Die kinderen horen daarbij af en toe een zin. Waar ze op dat moment naar kijken, zegt schijnbaar iets over het taalbegrip.
Het fijne weet ik er niet van – ik baseer me op een dolenthousiast persbericht van de RUG. Dat meldt bijvoorbeeld dat driejarige peuters een zin met een levend onderwerp (de jongen) gemakkelijker te begrijpen vinden dan eentje met een niet levend onderwerp (de auto). Ze kijken dan minder lang naar een niet passend plaatje.
Sullige blik
Ja, natuurlijk, denken ouders nu. Die zien aan de sullige blik in de ogen van hun peuter ook wel dat hij soms niet begrijpt, wat ze in hemelsnaam uitkramen. Precies. Maar nu is het ook nog bewezen. Ogen zijn niet de spiegels van onze ziel, maar van ons brein.