Modellen laten zien dat het klimaat tegen het einde van 2023 een El Niño-patroon kan gaan vertonen. Dat zou de gemiddelde temperatuur doen stijgen, zodat de opwarming van de aarde wellicht al in 2024 de 1,5 graden overschrijdt.

Een wereldwijde verschuiving naar een El Niño-klimaatpatroon later dit jaar kan ertoe leiden dat de aardopwarming in 2024 voor het eerst de 1,5°C overschrijdt. Dat stelt het UK Met Office, het nationale weerkundige instituut van het Verenigd Koninkrijk, op basis van nieuwe klimaatmodellen.

Volgens het instituut zal de driejarige La Niña-fase waarin het klimaat zich momenteel verkeert in maart ophouden. Waarschijnlijk zal ze later dit jaar worden gevolgd door een El Niño-patroon. ‘Momenteel gaan veruit de meeste voorspellingen uit van een El Niño in de tweede helft van 2023’, zegt klimaatonderzoeker Adam Scaife van het Met Office.

Hoe gevaarlijk zijn supervulkanen?
LEES OOK

Hoe gevaarlijk zijn supervulkanen?

In het verleden stortten zogeheten supervulkanen de aarde meermaals in een desastreuze ‘vulkanische winter’. Gaat dat opnieuw gebeuren?

Vorige maand voorspelde het Met Office dat 2023 een van de warmste jaren op aarde ooit zou worden. Die verwachting is deels ingegeven door die verwachte verschuiving naar El Niño.

Hittegolven

El Niño en La Niña zijn schommelingen in het klimaatsysteem van de aarde. Ze worden aangedreven door veranderende temperaturen van het zeeoppervlak in de Stille Oceaan rond de evenaar.

Er is sprake van een El Niño als de zeetemperatuur in het tropische oostelijke deel van de Stille Oceaan 0,5°C boven het langetermijngemiddelde komt. La Niña beschrijft de andere kant van de schommeling: dan komen de temperaturen in dat deel van de Stille Oceaan juist onder het gemiddelde.

Beide verschijnselen veroorzaken wereldwijd verschuivingen in weerpatronen. Die hebben allerlei gevolgen, van een vergroot risico op hittegolven in Australië tot veranderende regenpatronen in Chili. Omdat El Niño’s bovengemiddeld hoge temperaturen veroorzaken, kunnen ze ook de gemiddelde temperatuur op aarde tijdelijk opstuwen.

Missie mislukt?

Een sterke El Niño later dit jaar kan de temperatuur van het zeeoppervlak in de Stille Oceaan opdrijven tot 3 graden boven het gemiddelde. Daardoor kan de gemiddelde temperatuur op aarde tijdelijk met 0,3°C stijgen, aldus Scaife.

Door de toenemende uitstoot van broeikasgassen is de mondiale temperatuur sinds het pre-industriële tijdperk al met 1,2°C gestegen. Alles bij elkaar zou de gemiddelde temperatuur in 2024 volgens Scaife dus 1,5°C boven het pre-industriële niveau kunnen uitkomen.

In het Parijs-akkoord van 2015 hebben landen zich ten doel gesteld de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5°C. Als een dergelijke temperatuurstijging een paar decennia aanhoudt, zou die missie mislukt zijn.

Angstaanjagend

Een wereldwijde verschuiving naar El Niño kan ook positieve gevolgen hebben. Het kan verlichting brengen in bepaalde delen van Chili, Argentinië en het zuidwesten van de Verenigde Staten, die door La Niña met langdurige droogte kampen.

Anderzijds zou een El Niño waarschijnlijk het moessonseizoen in Indonesië verstoren, met gevolgen voor de rijstproductie in dat land. Ook zou het risico op ernstige hittegolven en bosbranden in Australië toenemen. Hogere zeetemperaturen brengen bovendien een verhoogd gevaar op verbleking van tropische koraalriffen met zich mee.

Koraalrifonderzoeker Terry Hughes van de James Cook-universiteit in Australië noemt het vooruitzicht van een krachtige El Niño later dit jaar ‘angstaanjagend’ voor het Groot Barrièrerif. ‘Ik verwacht dat de volgende krachtige El Niño een zeer ernstige impact zal hebben op het Groot Barrièrerif, aangezien we begin 2022 voor het eerst zelfs tijdens een La Niña verbleking zagen’, zegt hij.

Vroege voorspelling

Sommige onderzoekers waarschuwen dat het nog te vroeg is om te zeggen hoe sterk een eventuele El Niño zal zijn. Een milde El Niño zou de temperatuur weliswaar wereldwijd doen stijgen, maar niet genoeg om de 1,5°C te doorbreken. ‘Er lijkt volgende winter een El Niño te komen’, zegt klimaatonderzoeker David Battisti van de Universiteit van Washington. ‘Maar hoe groot die zal zijn, is momenteel nog een gok.’

Volgens andere onderzoekers is het zelfs nog niet zeker dat er dit jaar een El Niño komt. Klimaatonderzoeker Pedro DiNezio van de Universiteit van Colorado Boulder wijst op de onzekerheden bij het zo vroeg in het jaar voorspellen van een El Niño, vóór de zogeheten voorspelbaarheidsbarrière in de lente. DiNezio vergelijkt de nauwkeurigheid van El Niño-voorspellingsmodellen met weersvoorspellingen van dertig jaar geleden.