Vrouwen van het Koreaanse eiland Jeju kunnen uitzonderlijk goed duiken. Evolutiebiologen hebben recent ontdekt waarom ze hierin uitblinken.
De Haenyeo, een groep vrouwelijke duikers van het Koreaanse eiland Jeju, staan bekend om hun uitzonderlijke vermogen om lang onder water te blijven – zonder zuurstofflessen en zelfs in ijskoud water. Een groep evolutiebiologen van de Universiteit van Californië en de Universiteit van Utah heeft nu ontdekt dat ze dit indrukwekkende duikvermogen te danken hebben aan een combinatie van genetische aanpassingen en training.
Duiktraditie
De duiktraditie op Jeju gaat terug tot de 5e eeuw. Hoewel duiken oorspronkelijk een echt mannenberoep was, zijn er sinds de 18e eeuw meer vrouwelijke dan mannelijke duikers. Deze vrouwen, bekend als Haenyeo, werden kostwinner en verdienen hun brood met het oogsten van zeewier, weekdieren en ander zeeleven. Het is onduidelijk waarom de verschuiving van mannen naar vrouwen plaatsvond.

Hoe beïnvloedt je gemoedstoestand je huid?
Inzicht in de invloed van stress op de huid kan helpen bij het bestrijden van aandoeningen zoals acne en eczeem.
Meisjes op Jeju leren al op jonge leeftijd duiken en blijven dit tot op zeer hoge leeftijd doen. De ‘vrouwen van de zee’ – de letterlijke vertaling van Haenyeo – zijn het hele jaar door in het water te vinden, vaak urenlang achter elkaar, zelfs in de winter. Ze duiken zonder ademhalingsapparatuur en kunnen opmerkelijk goed tegen de koude zee. Bovendien blijven de vrouwen zelfs tijdens een zwangerschap duiken, meestal tot aan de dag waarop ze bevallen. De duiken duren gemiddeld ongeveer 30 seconden, waarbij de vrouwen meestal een diepte van 10 meter bereiken, maar soms duiken ze ook langer en dieper.
De evolutiebiologen waren onder de indruk van de uitzonderlijke duikcapaciteiten van de Haenyeo. Ze onderzochten daarom of de vrouwen unieke eigenschappen hebben die voordelen opleveren tijdens het duiken. Daarvoor deden ze een aantal fysiologische testen en bestudeerden ze de genen van de vrouwen. De resultaten vergeleken ze met die van Koreaanse vrouwen van het vasteland, en bewoners van Jeju die niet duiken, en dus niet tot de Haenyeo behoren.
Genetische verschillen
Uit het genetische onderzoek bleek dat twee genen vaker voorkomen bij de bewoners van Jeju dan bij de vastelandsbevolking. Van het eerste gen is bekend dat het samenhangt met kou-tolerantie. Mogelijk zorgt dit gen ervoor dat de Haenyeo het koude water beter kunnen verdragen, en niet onderkoeld raken tijdens het duiken. Voor het andere gen toonden de onderzoekers aan dat het verband hield met een lagere maximale diastolische bloeddruk. Dat is de bloeddruk terwijl het hart zich ontspant.
Dit genetische verschil zou de vrouwen een evolutionair voordeel kunnen hebben opgeleverd. Tijdens het duiken treedt namelijk de zogeheten duikreflex op – een lichamelijke reactie waarbij onder andere de bloeddruk stijgt zodra het gezicht onder water komt. Een hogere bloeddruk kan bij zwangere vrouwen leiden tot zwangerschapsvergiftiging. Aangezien de Haenyeo ook tijdens de zwangerschap duiken, zouden vrouwen met dit gen extra beschermd zijn geweest tegen deze complicatie, die kan leiden tot orgaanschade bij de moeder, en groeiproblemen bij de baby. De onderzoekers vermoeden dan ook dat de genetische verschillen tussen de eiland- en vastelandsbevolking zijn ontstaan door natuurlijke selectie.
Levenslange training
Er werden geen genetische verschillen gevonden tussen de Haenyeo en de niet-duikende bevolking van Jeju. Wel bleek dat de hartslag – die sowieso daalt door de duikreflex – tijdens een duiksimulatie meer daalde bij de Haenyeo. Een lagere hartslag bespaart zuurstof, doordat het hart minder bloed door het lichaam pompt. Hoe minder zuurstof tijdens een duik wordt verbruikt, hoe langer iemand onder water kan blijven. De onderzoekers denken dat de Haenyeo deze eigenschap waarschijnlijk te danken hebben aan hun levenslange training.
‘Dit onderzoek toont opnieuw aan dat mensen zich opmerkelijk goed kunnen aanpassen aan zeer uiteenlopende omgevingen en levensstijlen, zegt inspanningsfysioloog en cardiovasculair onderzoeker Joshua Tremblay van de Cardiff Metropolitan Universiteit. Tegelijkertijd merkt hij op dat de onderzoekers geen zwangere vrouwen hebben onderzocht, en daar dus slechts over kunnen speculeren.
‘De onderzoekers maken zeer helder onderscheid tussen trainingseffecten en genetische aanpassingen. Ik wil de auteurs dan ook complimenteren met hun zorgvuldige experimentele aanpak’, aldus Tremblay. ‘Wel ben ik erg benieuwd naar wat precies de natuurlijke selectie heeft veroorzaakt. Was het het duiken zonder adem te halen? De koude wateren? Of toch iets heel anders? Er blijven nog veel belangrijke en interessante vragen over voor vervolgonderzoek.’