Een pas ontdekte neutronenster gedraagt zich zo vreemd dat hij eigenlijk niet zou mogen bestaan.

Australische astronomen hebben op ongeveer 13.000 lichtjaar afstand van de aarde een ingestorte ster ontdekt. Deze neutronenster draait zo langzaam rond, dat hij volgens de huidige theorieën niet zou mogen bestaan.

De ster is in januari 2024 voor het eerst gezien met de ASKAP-radiotelescoop in West-Australië. Uit vervolgonderzoek blijkt dat het waarschijnlijk een zeldzaam type magnetar is.

'Twee Hubblecamera’s uitzetten zou ontzettend dom zijn'
LEES OOK

'Twee Hubblecamera’s uitzetten zou ontzettend dom zijn'

Om kosten te besparen, overweegt NASA om instrumenten van ruimtetelescoop Hubble uit te schakelen. Belachelijk, vindt sterrenkundige Rogier Windhorst.

Kosmische vuurtorens

Wanneer superzware sterren het einde van hun leven bereiken, exploderen ze in een zogeheten supernova. Vaak vormen de overblijfselen dan een extreem compact object dat een neutronenster wordt genoemd.

Sommige neutronensterren draaien razendsnel rond. Al draaiend slingeren deze ‘pulsars’ vanuit hun magnetische polen radiogolven de ruimte in, als een soort kosmische vuurtorens. Telkens wanneer zo’n radiostraal op ons gericht is, kunnen we die meten. Daardoor kunnen we pulsars herkennen aan het feit dat ze altijd met dezelfde frequentie knipperen.

De meeste pulsars draaien met meer dan één omwenteling per seconde rond. Maar sinds een paar jaar vinden astronomen ook compacte objecten die met een veel lagere frequentie radiogolven uitzenden. Dit verbaast ze, omdat ze dachten dat het uitsturen van radiogolven zou moeten stoppen wanneer een neutronenster meer dan een minuut over een rotatie doet.

Interpuls

Deze langzaam draaiende objecten staan bekend als langeperioderadiotransiënten. Vorig jaar meldde een team onder leiding van astronoom Manisha Caleb van de Universiteit van Sydney de vondst van een transiënt met een periode van 54 minuten.

Nu hebben Caleb en haar collega’s een nieuw traagheidsrecord vastgesteld. Een object dat ze een jaar geleden hebben gevonden, ASKAP J1839-0756 genaamd, blijkt maar liefst 6,45 uur over elke omwenteling te doen.

Het is tevens de eerste transiënt met een zogeheten interpuls. Dat is een zwakkere puls halverwege de hoofdpulsen, afkomstig van de tegenoverliggende magnetische pool.

Magnetar

In eerste instantie dacht het team dat ASKAP J1839-0756 een witte dwerg was. Dat is het overblijfsel van een kleinere ster, zoals onze zon, die is gestorven. ‘Maar we hebben nog nooit een geïsoleerde witte dwerg gezien die radiopulsen uitzendt. Onze berekening op basis van de eigenschappen van de puls wijst er bovendien op dat het object te groot is om een geïsoleerde witte dwerg te zijn’, zegt astronoom Joshua Lee van de Universiteit van Sydney.

Vervolgens dacht het team dat het een magnetar was. Dat is een neutronenster met een immens sterk magnetisch veld – 10 biljoen keer krachtiger dan de sterkste MRI-scanners. Eerder is er al een magnetar gevonden met een rotatieperiode van 6,67 uur. Alleen heeft die tot nu toe geen radiogolven uitgezonden, maar louter röntgenstraling. Als de ster inderdaad een geïsoleerde magnetar is, zegt Caleb, is het de eerste die radiogolven uitzendt met zo’n trage periode.

‘Dit nieuwe object herschrijft volledig wat we op basis van de afgelopen zestig jaar dachten te weten over radiostralingsmechanismen van neutronensterren’, zegt Caleb. ‘Het is absoluut een van de vreemdste objecten van de afgelopen tijd. We hadden niet gedacht dat deze dingen zouden bestaan, maar nu vinden we ze toch. Als het een magnetar is, is deze zeker uniek in de populatie van neutronensterren.’

Het idee dat pulsars geen radiogolven meer uitzenden als ze te langzaam ronddraaien, moet volgens Caleb worden heroverwogen. ‘We zien de laatste jaren objecten die deze grens lijken te overschrijden, maar nog steeds radiogolven uitzenden’, zegt Caleb. ‘Het zijn dus net zombiesterren: je verwacht niet dat ze nog leven, maar dat doen ze nog wel, en ze blijven maar pulseren.’