Muizenonderzoek laat zien dat de neuronen die het gevoel van verzadiging bepalen, ook zorgen voor een verlangen naar suiker. Dit verklaart mogelijk waarom mensen na een vullende maaltijd nog steeds kunnen snoepen.
Zelfs na een grote maaltijd hebben veel mensen nog wel een gaatje over voor zoetigheid. Nu blijkt uit een onderzoek bij muizen dat de neuronen die verantwoordelijk zijn voor het gevoel van verzadiging ook een verlangen naar zoetigheid veroorzaken. Met andere woorden, er lijkt een neurologische verklaring te zijn voor onze toetjesmaag.
Verzadiging en verlangen
Eerdere studies hebben aangetoond dat opioïden (pijnstillende stoffen) die van nature voorkomen in de hersenen een belangrijke rol spelen bij het verlangen naar suiker. De belangrijkste producenten van deze opioïden liggen in een hersengebied dat de eetlust, stofwisseling en hormonen reguleert. Dit gebied heet de nucleus arcuatus en ligt in de hypothalamus. De cellen die opioïden produceren, heten pro-opiomelanocortine-neuronen, of kortweg POMC-neuronen. Ze reguleren ook het gevoel van verzadiging na het eten.

Seksuoloog ontwikkelt nieuwe erectiemeter: 'Mannen schrijven zichzelf te snel af'
De manier om erectieproblemen te onderzoeken is pijnlijk en verouderd. Evelien Trip ontwikkelde een nieuwe, comfortabele erectiemeter.
Het team van hersenwetenschapper Henning Fenselau van het Max Planck-instituut voor Stofwisseling in Duitsland onderzocht of deze cellen een rol spelen in het verlangen naar suiker. Dat deden ze door de opioïde signalen vanuit de POMC-neuronen te volgen. Daarvoor dompelden ze hersensneden van drie muizen onder in een fluorescerende oplossing die bindt aan receptoren voor deze opioïden.
De meeste receptoren zaten in een hersengebied dat de ‘paraventriculaire kern van de thalamus’ heet, of de PVT. Dit gebied is betrokken bij onder meer de regulatie van eetgedrag. Deze vondst suggereerde dat verlangen naar suiker gerelateerd was aan communicatie tussen deze PVT en de eerdergenoemde nucleus arcuatus, waar de opioïden worden geproduceerd.
Suikerrijk toetje
De hersenwetenschappers onderzochten vervolgens de neuronenactiviteit in deze regio’s terwijl de muizen hun gebruikelijke voedsel aten. Na anderhalf uur leken de dieren vol te zitten – aan extra voedsel knabbelden ze alleen maar. Op dat moment kregen ze een suikerrijk toetje.
Gemiddeld verviervoudigde de neuronenactiviteit tussen de twee hersengebieden terwijl de muizen hun toetje aten, vergeleken met wanneer ze hun gewone maaltijd aten. Deze piek in activiteit begon al voordat ze begonnen met het eten van het toetje. Dit suggereert dat deze hersenroute het verlangen naar suiker bepaalt.
De onderzoekers bekrachtigden deze vondst met behulp van een techniek waarbij cellen met licht aan en uit kunnen worden gezet, genaamd optogenetica. De muizen aten 40 procent minder van het toetje wanneer signalen van POMC-neuronen naar de PVT werden onderdrukt.
‘De [POMC-]celtypen, die erom bekend staan verzadiging te stimuleren, geven ook signalen af die een verlangen naar suiker veroorzaken. Ze doen dit vooral in een staat van verzadiging’, zegt Fenselau. ‘Dit kan verklaren waarom dieren – mensen – te veel suiker eten wanneer ze eigenlijk vol zitten.’
Obesitasbehandeling
Het is niet duidelijk waarom deze hersenroute zich heeft ontwikkeld. Het kan komen doordat suiker makkelijker wordt omgezet in energie dan andere brandstoffen, zoals vetten en eiwitten, aldus Fenselau. Het eten van een toetje is dus vergelijkbaar met het tanken van nét een beetje extra benzine, om de tank helemaal tot aan de rand te vullen.
Fenselau hoopt dat dit onderzoek kan leiden tot nieuwe behandelmogelijkheden voor obesitas, hoewel hij erkent dat honger en verlangens in het dagelijks leven ingewikkelde fenomenen zijn. ‘Er zijn natuurlijk zoveel andere paden in de hersenen die dit kunnen beïnvloeden. We hebben deze route gevonden, maar we weten op dit moment nog niet hoe deze zich verhoudt tot andere paden.’