De geplaveide straten van Berlijn herbergen maar liefst 66 soorten insecten. De grootste biodiversiteit is er te vinden in de buurt van insectvriendelijke bloementuinen.

Stedelijke trottoirs zijn onverwachte toevluchtsoorden voor wilde bijen en andere insecten. Dat blijkt uit een onderzoek dat plaatsvond in de straten van Berlijn.

Bioloog Sophie Lokatis van de Freie Universität Berlin en haar collega’s onderzochten tweehonderd meter lange stukken trottoir op twaalf locaties. Ze registreerden de nestplaatsen van insecten en verzamelden insecten die bij de ingang van de nesten zaten, op de stoep kropen of binnen een meter van de grond vlogen. Ze analyseerden ook de grond van de nesten met behulp van DNA-sequentietechnieken. De onderzoekers publiceerden hun vondsten in het wetenschappelijk vakblad Urban Ecosystems.

‘Bij mannen ruikt het meer naar kaas, bij vrouwen naar ui’: verrassende verhalen over microben
LEES OOK

‘Bij mannen ruikt het meer naar kaas, bij vrouwen naar ui’: verrassende verhalen over microben

Ze zitten op je neus, op je bord, in je darmen, onder je voeten. Te klein om met het blote oog te zien, met oneindig veel en ...

Bloementuinen

Het team registreerde 66 soorten die de trottoirs als habitat gebruiken. Veel van deze soorten waren bestuivers en andere nuttige insecten, waaronder 28 soorten wilde bijen en 22 soorten solitaire en sluipwespen. Ze ontdekten ook dat er significant meer nesten en een hogere soortenrijkdom waren op trottoirs binnen tweehonderd meter van insectvriendelijke bloementuinen. Die worden veelal aangelegd door natuurbeschermingsgroepen en woningbouwverenigingen in de stad.

‘Nog maar een paar jaar geleden waren insectvriendelijke tuinen bij appartementen en uitgestrekte, zelden gemaaide weiden in parken bijna ondenkbaar’, zegt Lokatis. ‘Dit is drastisch veranderd: veel mensen begrijpen de urgentie van de biodiversiteitscrisis, en lijken te verlangen naar meer natuur en wilde dieren, ook in de buurt van hun huis.’

De Berlijnse trottoirs bestaan voornamelijk uit kinderkopjes of tegels met een zandmengsel ertussen, waar insecten holen kunnen graven. Dit kan een voorbeeld zijn voor andere steden, zegt Lokatis. ‘Gezien de zeer negatieve effecten die asfalt heeft op het stadsklimaat, zou het de moeite waard zijn om naar andere opties te kijken, die dan ook kruiden en insecten de kans geven om zich op te hopen’, zegt ze.

Geen biodiversiteitswoestijnen

De bevindingen weerleggen het idee dat steden biodiversiteitswoestijnen zijn, zegt insectendeskundige Sarah Parsons van de Western Carolina University in de Verenigde Staten, die niet betrokken was bij het onderzoek. ‘Het effect van verstedelijking op soorten kan behoorlijk complex zijn, en kan in sommige gevallen resulteren in een grotere soortenrijkdom dan we verwachten’, zegt ze.

‘Het onderzoek onderstreept het belang van bloementuinen in stedelijke ruimten om de bijen- en wespendiversiteit te bevorderen’, aldus Parsons. Ook ‘baant het de weg voor hoe we toekomstige steden kunnen ontwerpen.’