Wil je een korrelige houtskooltekening bewaren? Gewoon even inspuiten met goedkope haarlak. Dat is zo’n beetje de enige conservatietip die ik me kan herinneren van mijn avondopleiding aan St.Joost (kunstacademie) in Breda. Al spuit je er drie bussen op leeg, dan nog smeer je de tekening met gemak uit, maar goed.

De kunstenaars die ik ken zijn eigenlijk niet bijster geïnteresseerd in het conserveren van hun werk. De lol zit hem toch vooral in het maken. Dat gebeurt trouwens ook op een manier die in de ogen van conservators waarschijnlijk nogal roekeloos is. Een goed gemikte pink doet soms wonderen in een olieverfschilderij en koffievlekken leveren zo nu en dan onverwacht artistieke details op.

 

Hoe house zich ontwikkelde in Europa en de VS
LEES OOK

Hoe house zich ontwikkelde in Europa en de VS

De muziekstroming house sloeg in de jaren tachtig aan in Europa, maar niet in de Verenigde Staten. Cultuursocioloog Rens Wilderom ontrafelde waarom.

Zo gaat dat dus, kunst maken

Juist daarom kijk ik altijd een beetje verwonderd toe als ik conservators aan de slag zie. Vanaf het moment dat een kunstwerk de gezellige puinhoop van het atelier verlaat en in een museum terechtkomt, wordt het alleen nog uiterst voorzichtig aangeraakt door stoffen handschoentjes. Uv-werend glas, verfvriendelijke belichting en peperdure klimaatbeheersing moeten het werk beschermen tegen de boze buitenwereld. Alsof het een mummie is die door één onverwachte ademhaling verkruimelt tot stof.

Overbodige klimaatbeheersing
Die klimaatbeheersing blijkt nu dus in veel gevallen overbodig te zijn. Stokoude, houten vitrines beschermen de antieke prenten net zo goed, toont het onderzoek van promovendus Marco Martens van de TU Eindhoven aan. Vergelijkbaar afstudeeronderzoek wees in 2009 overigens al in dezelfde richting, maar nu is het dus bewezen.

Sinds het Deltaplan van minister Hedy d’Ancona in 1990 hebben musea schijnbaar honderden miljoenen geïnvesteerd in klimaatinstallaties. Niet alleen zijn deze vaak overbodig, maar Martens waarschuwt bovendien voor de risico’s die ze met zich meebrengen: een installatie hoeft bijvoorbeeld maar eens uit te vallen en de lucht wordt zo droog dat de werken er meer onder lijden dan in een doodnormale schuur. Ook de muren van de vaak monumentale panden waarin de kunst is ondergebracht, kunnen lijden onder het grote verschil tussen het binnen- en buitenklimaat.

Plakbandjes
Een paar paar maanden geleden haalde ik een tekening op in het atelier van een vriendin van me. Het atelier was gehuisvest in een oud en tochtig anti-kraakgebouw waar zoemende straalkachels de kunstenaars beschermen tegen de bevriezingsdood. Op de vloer naast het werk lag een stapeltje prachtige zeefdrukken die hadden gefunctioneerd als voorstudie voor de opdracht.

“Och ja, misschien gebruik ik die ook nog eens”, zei mijn vriendin, terwijl ze nog even wat plakbandjes afkrabde van de hoeken van het kunstwerk. Daarna rolden we de tekening op en met het werk onder mijn arm zijn we naar de kroeg gegaan.