Je kon erop wachten. Nu het onderzoek is afgerond, de fraudeur door het stof is gegaan en de universiteiten hun afschuw hebben uitgesproken, is het tijd voor het oude refrein: de media hebben het gedaan.

Want hoe kwam het eigenlijk dat de frauderende hoogleraar Diederik Stapel zo’n ster kon worden? Nou? Precies: het journaille, dat altijd maar uit is op ‘smeuïge oneliners’ en ‘geinige effectjes zonder theoretische fundering of maatschappelijke relevantie’.

Dat is althans zoals Gerben van Kleef, zelf hoogleraar sociale psychologie, het verwoordde in een verbeten opiniestuk in de Volkskrant. ‘De flutstudies waar nu (soms terecht) lacherig over wordt gedaan, werden eerst enthousiast breed uitgemeten in diverse media’, aldus Van Kleef. ‘Slodderwetenschap en broddeljournalistiek gaan hand in hand en houden elkaar in stand. Journalisten van kwaliteitsmedia moeten ernaar streven gedegen onderzoek voor het voetlicht te brengen.’

De tweede oerknal: een radicaal nieuw idee over de oorsprong van donkere materie
LEES OOK

De tweede oerknal: een radicaal nieuw idee over de oorsprong van donkere materie

Sommige fysici opperen dat donkere materie in een eigen oerknal is ontstaan. Dat zou ons beeld van het heelal op zijn kop zetten.

Oei, dat is nogal wat. Maar zou het ook echt zo zijn? Geschrokken ben ik toch eens in de archieven gedoken. Hebben wij het nu echt zo ‘breed uitgemeten’ dat Sinterklaas kleuters socialer maakt of dat kunst helpt bij statusangst?

Welnee. In de kwaliteitskranten Trouw, NRC, Parool en de Volkskrant kwam de naam Diederik Stapel vóórdat alle heisa begon 15 keer ter sprake – dat is per krant gemiddeld één keer in de drie jaar. Maar van die 15 keer was het 13 keer in een heel ander verband: Stapel leidde NRC eens rond door Groningen, Trouw besprak een boek waarin hij een hoofdstuk had geschreven, de Volkskrant vroeg eens een aantal psychologen wat mensen toch in Sarah Palin zien.

In twaalf jaar tijd gebeurde het welgeteld één keer dat de grote drie – Trouw, NRC en de Volkskrant – serieus aandacht besteedden aan een van Stapels studies. Dat was in april vorig jaar: over hoe een rommelige omgeving discriminatie opwekt. Alleen was dat wél nadat Stapel er het gerenommeerde Amerikaanse wetenschapsblad Science mee haalde.

Maar wacht eens even. Die domme journalisten waren toch ook massaal op die Sinterklaasstudie en het onderzoek naar de vleeshufters gedoken? Het geheugen bedriegt. De Sinterklaasstudie werd, wonderlijk eigenlijk, vooral opgepikt in België.

En het gewraakte onderzoek naar vleeshufterigheid, de wereld in geholpen door hoogleraar en oud-voorzitter van Wakker Dier Roos Vonk? Alleen De Telegraaf, de NOS en het ANP zetten de tanden erin. Waarna het, erg vervelend, meteen ook opdook op de websites van de kwaliteitskranten, die immers leunen op de nieuwsfeed van ANP. De kranten zelf besteedden er geen aandacht aan: ze vertrouwden het ‘flutonderzoek’ voor geen cent.

Valt het journaille dan helemaal niets te verwijten? O, natuurlijk wel. Keer op keer wijzen de onderzoeken uit dat journalisten nuances weglaten, inzoomen op treffende resultaten, oppoetsen wat smoezelig is. Een analyse van 436 journalistieke artikelen over kanker wees bijvoorbeeld uit dat veruit de meeste gingen over revolutionaire nieuwe behandelingen, in plaats van over palliatieve zorg. En in september wees een andere studie uit dat de helft van alle artikelen over wetenschap het onderzoek te rooskleurig afschildert (de kwaliteitsmedia kwamen er gelukkig genadiger van af).

Maar, zo blijkt uit datzelfde onderzoek, wetenschappers doen aan die mooimakerij gezellig mee. Van alle persberichten schildert 47 procent de zaak mooier af dan hij is, en van de samenvattingen die boven wetenschappelijke artikelen staan, de ‘abstracts’, poetst 40 procent het onderzoek op. Andere analyses wijzen uit dat van alles wat wetenschappers in vakbladen publiceren 40 tot 60 procent domweg niet of niet helemaal klopt. Als je het zo bekijkt, doen journalisten het zo slecht nog niet.

Terwijl de Volkskrant de afgelopen tijd diepgravende, kritische artikelen bracht over de forensische psychologie, neurologie in de rechtszaal en de vraag of mensen van nature neigen tot wreedheid, viel in een vooraanstaand internationaal vaktijdschrift voor psychologen te lezen dat mensen in een kamer waar ook een doos staat creatiever zijn – ze worden ‘geprimed’ om out of the box te denken, was uit experimenten gebleken.

Ik vrees dat de kwaliteitskranten het wetenschapsnieuws soms kritischer wegen dan sommige vakbladen.