Dat wij op aarde kunnen ademen, is mogelijk te danken aan enorme ruimterotsen ter grootte van kleine planeten die de onze planeet miljarden jaren geleden onder vuur namen. Dat stellen onderzoekers in een recente publicatie in het vakblad Earth and Planetary Sciences.
De onderzoekers menen daarmee een verklaring gevonden te hebben voor het raadselachtige feit dat de aarde een groot tekort heeft aan chloor. Hoewel dat goed nieuws is voor ons – de aarde werd mede daardoor leefbaar – zorgt het wel voor een mysterie. Want wie de samenstelling van oude meteorieten afkomstig uit ons zonnestelsel bekijkt, komt al snel tot de conclusie dat de uit vergelijkbare ingrediënten samengestelde aarde grofweg tienmaal zoveel chloor zou moeten bevatten dan wat we tegenwoordig meten.
Tot voor kort vermoedde onderzoekers dat de oplossing misschien te vinden was onder onze voeten, is de diepste kern van de aarde. Daar zouden mogelijk ophopingen van chloor verstopt zitten die de totale chloorbalans van onze planeet weer op orde zouden maken.
‘Nederland gaat heel anders worden’
Milieuwetenschapper Marjolijn Haasnoot ontwikkelt ingrijpende plannen om Nederland aan te passen aan de gevolgen van klimaatverandering.
David Draper van de Johnson Space Center van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA en Zach Sharp van de universiteit van New Mexico deden simulaties met een in het lab nagemaakte aardkern. Op die manier kwamen zij tot de conclusie dat het chloor naar alle waarschijnlijkheid niet onder onze voeten verstopt zat.
In plaats daarvan menen zij dat het aannemelijk is dat grote ruimterotsen die rond de vier miljard jaar geleden onze planeet onder vuur namen, verantwoordelijk zijn voor ons chloortekort. Volgens hen bliezen deze inslagen het chloor in de aardatmosfeer simpelweg van de aarde af, waardoor de aarde bewoonbaar werd voor complexere organismen. Dat dat kan kloppen, blijkt ondermeer op Mars. Die planeet bevat grofweg tweemaal zoveel chloor als de aarde, maar heeft vanwege zijn kleinere afmeting ook veel minder inslagen te verwerken gekregen.
De reden dat de aanwezigheid van chloor nadelig is voor de ontwikkeling van het leven, schuilt in het feit dat chloor mogelijk was opgehoopt in de oceanen. Van het huidige chloor is op aarde grofweg de helft terug te vinden in onze oceanen, waar het in de vorm van zoutverbindingen terug te vinden is. De onderzoekers nemen aan dat hetzelfde was gebeurd wanneer op aarde veel meer chloor aanwezig was. ‘Als deze inslagen niet hadden plaats gevonden, zouden we grofweg tienmaal zoveel chloor hebben dan tegenwoordig’, stelt Sharp in een persverklaring. ‘Een zoutgehalte van dertig procent zorgt er dan voor dat het resultaat vergelijkbaar is met de Dode Zee.’ Dat zou volgens Sharp voor levende wezens een behoorlijk nare omgeving zijn.
Dat we op aarde rondlopen, is daardoor volgens hem toch ook vooral een geluk bij een ongeluk. Sharp: ‘Dit soort botsingen zijn één van de toevalligheden die mee moeten zitten, wil een planeet levensvatbaar worden.’