Slechts 3,5 miljoen jaar geleden zag de nachtelijke hemel er anders uit dan nu. Oplettende Australopithecus afarensis – mensachtigen die destijds leefden – konden ’s nachts gigantische lichtstralen zien, die zich uitstrekten tot boven en onder de Melkweg.

De kegelvormige lichtstralen waren het resultaat van een explosie die plaatsvond in het centrum van de Melkweg. Die uitbarsting was zo krachtig dat straling tot 200.000 lichtjaar ver de ruimte in werd geblazen.

Gulzig zwart gat

Het superzware zwarte gat in het centrum van de Melkweg, genaamd Sagittarius A, veroorzaakte deze explosie. Het zwarte gat zelf kan geen licht uitstralen, maar gas en sterren die erin vallen wel.

Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal
LEES OOK

Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal

Tijd en natuurwetten zijn voortgekomen uit de oerknal, in een chaotisch proces van toevalligheden, zegt theoretisch natuurkun ...

Het materiaal dat in het zwarte gat valt, wordt eerst uit elkaar getrokken en beweegt vervolgens in een spiraalvorm het zwarte gat in, zegt Joss Bland-Hawthorn, hoogleraar astronomie aan de Universiteit van Sydney. ‘Terwijl het om het zwarte gat heen draait, wordt het materiaal erg heet. Af en toe schieten er daardoor stromen deeltjes en straling de Melkweg in.’

Als dat met veel geweld gebeurt, bijvoorbeeld wanneer het zwarte gat gulzig veel materie uit zijn omgeving opslokt, dan ontstaan er explosies, waarbij grote hoeveelheden straling met kracht de ruimte in gespoten worden – als een gulzige eter die een flinke boer laat.

Zwarte gaten
LEESTIP. In Zwarte gaten behandelt natuurkundige Marcel Vonk de hete hangijzers rond deze extreme objecten. Koop het ebook voor € 17,03 in onze webshop.

3,5 miljoen jaar geleden schoot die straling door het universum als de lichtbundel van een vuurtoren. De onderzoekers schatten dat de explosie ongeveer 300.000 jaar duurde – een flits, naar galactische begrippen.

Vanaf de aarde zal het licht er kegelvormig uitgezien hebben, als de lichtbundel uit een zaklamp die door de mist heen schijnt. Die is vlak bij de zaklamp smal en wordt breder naarmate de afstand groter wordt.

Nagloeiende atomen

‘De mensachtigen die 3,5 miljoen jaar geleden leefden, kunnen de gloed van de straling gezien hebben als ze in de richting van het sterrenbeeld Boogschutter keken’, zegt Bland-Hawthom. Erg helder was het verschijnsel waarschijnlijk niet; tien keer minder helder dan de volle maan.

De explosie heeft haar sporen nagelaten in de Magelhaense Stroom, een gaswolk die zich tussen de Grote en de Kleine Magelhaense Wolk bevindt. De straling van de uitbarsting reikte ver genoeg om invloed te hebben op de ter plekke aanwezige waterstofatomen, die daar nu nog van nagloeien.

Twee grote bubbels

‘Het eerste bewijs voor de explosie vond ik in 2003’, vertelt Bland-Hawthorn. ‘Ik zag de restanten van de wind van de uitbarsting in de vorm van röntgenstraling die gemeten was met de Duitse röntgensatelliet ROSAT.’ Deze straling zag eruit als twee grote bubbels.

Zeven jaar later zag de Fermi-ruimtetelescoop dezelfde bubbels, maar nu in gammastraling. Omdat die straling nog meer energie bevat, toont dat intense kracht van explosie aan. De astronomen hebben deze metingen voor hun onderzoek gecombineerd met recentere metingen van de Hubble-ruimtetelescoop .

De bevindingen geven een nieuwe kijk op de Melkweg. Astronomen dachten dat ons sterrenstelsel vrij rustig is, maar deze recente, krachtige explosie laat zien dat we leven in een meer roerige omgeving.

Impressie van de explosie. Het blaast, vanuit het centrum van de Melkweg, straling in het interstellaire gas van de Magelhaense Stroom.