Ruim negentig jaar na de ontdekking van Machu Picchu ontdekken Peruaanse archeologen een onbeschadigd graf in dit voormalige Inca-bolwerk.
Vorige week ontdekten Peruaanse onderzoekers in Machu Picchu ongeveer tachtig centimeter onder de grond een volledig intact Inca-graf. “Dit is een hele belangrijke vondst,” verklaart Fernando Astete, beheerder van het bekende Inca-complex. “Toen Machu Picchu in 1911 ontdekt werd, vonden onderzoekers 172 menselijke tombes, maar sindsdien zijn alleen nog botten gevonden.”
Machu Picchu (‘Oude Berg’) werd ongeveer vijfhonderd jaar geleden gebouwd op een hoogte van zo’n 2460 m en vormt tegenwoordig één van de belangrijkste trekpleisters voor toeristen die Peru bezoeken. Het complex ligt zo’n 1100 kilometer ten zuidoosten van de Peruaanse hoofdstad Lima, vlakbij de stad Cuzco, tussen de dertiende en de zestiende eeuw de hoofdstad van het machtige Incarijk. De Spaanse veroveraars hebben het complex nooit gevonden en het was de Amerikaan Hiram Bingham die de door struikgewas overwoekerde ruïnes in 1911 aan de vergetelheid onttrok.
Hoe gevaarlijk zijn supervulkanen?
In het verleden stortten zogeheten supervulkanen de aarde meermaals in een desastreuze ‘vulkanische winter’. Gaat dat opnieuw gebeuren?
Volgens Astete behoren de opgegraven resten toe aan jonge vrouw, hoewel uitgebreider onderzoek hier nog uitsluitsel over moet geven. Naast de botten vonden de archeologen in het graf tevens een stenen pan, een pot van klei en verschillende metalen voorwerpen, waaronder gespen, een bronzen pin en een spiegel. In juni ontdekten wetenschappers al nieuwe terrassen, waterkanalen en een afvalstortplaats in het complex. “Maar nog niet alles is ontdekt,” benadrukt Astete. “Sommige delen van het complex zijn zelfs nog nooit door archeologen onderzocht.”
Sabrine Caspers
