Al decennialang sterven veel zalmen in de Verenigde Staten door een stof die vrijkomt wanneer autobanden slijten. Nu blijken ook twee forelsoorten in gevaar. Het is nog niet te zeggen of vissoorten in Nederland ook gevoelig zijn voor de vervuiling.

Een stof die vrijkomt bij slijtende autobanden is dodelijk voor ten minste drie vissoorten. Het was al bekend dat de cohozalm in de Verenigde Staten massaal het loodje legt wanneer de stof in rivieren terechtkomt, maar nu blijkt dat ook twee forelsoorten slachtoffer zijn. Dat publiceerden Amerikaanse onderzoekers in het wetenschappelijke tijdschrift Environmental Science & Technology Letters.

Het gaat om de stof 6PPD, die fabrikanten aan autobanden toevoegen om slijtage tegen te gaan. Na verloop van tijd reageert 6PPD met ozon uit de lucht tot 6PPD-chinon, dat door slijtage op de weg terechtkomt. Tijdens regenbuien stroomt de stof veelvuldig vanaf de weg rivieren in. Door deze vervuiling sterft al decennialang zestig tot negentig procent van trekkende cohozalmen in het noordwesten van de Verenigde Staten.

Zullen we ooit zelf een optimaal microbioom kunnen ontwerpen?
LEES OOK

Zullen we ooit zelf een optimaal microbioom kunnen ontwerpen?

Je microbioom optimaliseren is zo eenvoudig nog niet.

Mysterieuze sterfte

De precieze oorzaak van de sterfte was lang een mysterie. Anekdotisch bewijs dat de vissen alleen na regenval stierven, bestond al langer. Sinds de jaren tachtig wisten visfokkers in de regio al dat ze grondwaterpompen moesten uitschakelen bij regenval, omdat de cohozalmen in hun aquaria anders zouden sterven. Pas later, rond de eeuwwisseling, bogen wetenschappers zich over het mysterie. Een onderzoeksgroep wees in 2018 al in de richting van slijtende autobanden. Twee jaar later ontdekten ze dat 6PPD de boosdoener is.

Om te kijken of alleen zalmen slachtoffer zijn van deze vervuiling, stelden Amerikaanse onderzoekers nu vier andere vissoorten bloot aan concentraties 6PPD-chinon die vergelijkbaar zijn met die in de rivieren. Ook regenboogforellen en bronforellen bleken de pineut. Vlak voor hun dood beginnen de vissen te spartelen, naar adem te happen, en verliezen ze hun evenwicht. De witte steur, de grootste zoetwatervis van Noord-Amerika, blijkt de vervuiling wel te overleven. Dat geldt ook voor de trekzalm, een vis die veel in Canada en IJsland gekweekt wordt.

De stof van slijtende autobanden bleek ook de regenboogforel de das om te doen. Beeld: Wikimedia/Jonathunder/CC-BY-SA-3.0.

Inheemse vissen

Beide forelsoorten komen oorspronkelijk niet buiten Noord-Amerika voor, maar mensen hebben ze ook in Europa en Azië geïntroduceerd. Incidenteel zwemmen ze in Nederlandse meren en rivieren.

‘Of andere Nederlandse vissen ook gevoelig zijn, is nog de vraag’, zegt Jacob de Boer, toxicoloog aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Er zal onderzoek moeten worden gedaan met meer vissoorten. Bovendien moeten we achterhalen waarom de ene zalmsoort wel, en de andere niet gevoelig is.

Markus Brinkmann, die het onderzoek uitvoerde, denkt dat er een reële mogelijkheid is dat de stof ook schadelijk is voor inheemse vissen in Nederland. ‘We zijn bezig om meer soorten te gaan testen in onze labs. Waarschijnlijk gaan we dan kijken naar de snoek en de Amerikaanse snoekbaars.’