Den Haag (NL) – Een pas verschenen nota benadrukt het belang van wetenschappelijk onderzoek voor het voorkómen en bestrijden van MKZ.


Wetenschap zou een grotere rol moeten spelen bij beleidsvorming ten aanzien van landbouwcrises, zo stelt een nieuwe nota van de Koninklijke Academie van Wetenschappen (KNAW). Deze nota, Bestrijding van Mond- en Klauwzeer: 'Stamping out', of gebruik maken van wetenschappelijk onderzoek?, oordeelt dat massavernietiging niet het juiste middel is om virusuitbraken in te perken. Beleidsmakers moeten meer naar wetenschappers luisteren.
Het huidige MKZ-beleid stamt uit de jaren tachtig. Daarvóór was vaccineren de regel. Een regeringsnota uit 1988 maakte daar uit economische belangen een einde aan: vaccineren was te duur, en bepaalde landen zoals de VS weigeren de import van gevaccineerde dieren of vleesproducten. De Veterinaire Dienst was destijds van mening dat preventief ruimen en 'stamping out' (uitroeien) op de lange duur voordeliger zouden zijn. Dit besluit ging zelfs zo ver dat onderzoek naar MKZ vrijwel stil kwam te liggen. Veel diergeneeskundigen waren het toen al niet eens met die gang van zaken. Tijdens de crisis in 2001 werd duidelijk dat niet alleen wetenschappers en diergeneeskundigen het grootschalige ruimen twijfelachtig vonden, maar dat ook de publieke opinie zich ertegen keerde.
De KNAW constateert in de nieuwe nota dat de wetenschappelijke hoek pleit voor het herzien van deze strategie, maar dat dit pleidooi de politiek onvoldoende bereikt. Nieuwe ontwikkelingen in de immunologie zouden bijvoorbeeld de noodzaak van ruimen op de helling kunnen zetten, maar dit is in Den Haag onvoldoende bekend. Ook blijken er bij uitbraken meer factoren een rol te spelen dan beleidsmakers konden voorzien, zoals psychosociale factoren bij veehouders, belemmering van recreatie en bedreiging van huisdieren, dierentuindieren en zeldzame landbouwrassen. Overheid en wetenschappers moeten daar volgens de KNAW-nota in de toekomst meer rekening mee houden.

Nienke Beintema