Zoals een legobouwwerk bestaat uit losse blokjes, kun je een atoom zien als een bouwwerk van deeltjes. Om dit begrijpelijk te maken voor niet-natuurkundigen ontwikkelde Jeremy Ramsey, scholier aan het Britse Eton College, het spel Quirky Quarks.

Waar gaat het spel over?

‘Het doel van het spel is om met de kleinste deeltjes waar alles om ons heen uit bestaat, zoals quarks, steeds grotere deeltjes te bouwen, zoals protonen en uiteindelijk atomen. Om kaarten te bemachtigen met elementaire deeltjes die samen een groter deeltje vormen, moeten de spelers in een veiling bieden op deeltjesversnellers.’

Waarom wilde u dit spel ontwikkelen?

‘Anderhalf jaar geleden mocht ik stage lopen bij het deeltjesinstituut CERN. Daar werd ik verliefd op de subatomaire wereld – de wereld van deeltjes die kleiner zijn dan een atoom. Elke dag als ik thuiskwam, probeerde ik aan mijn ouders en broer de basisbeginselen van deeltjesfysica uit te leggen, maar ze begrepen het niet echt. Toen we op een dag een spelletjesavond deden, dacht ik ineens: waarom maak ik geen bordspel om deze wereld aan ze uit te leggen?’

En toen vonden anderen het ook leuk?

‘Inderdaad. In eerste instantie wilde ik bij niet-natuurkundigen interesse wekken voor deeltjesfysica, maar tot mijn verbazing blijken natuurkundigen het ook leuk te vinden. Op mijn school is het bij zowel de leerlingen als de leraren een groot succes.’

Leren spelers echt iets, of denken ze alleen maar: ik heb twee kaarten nodig met een ‘u’ en één met een ‘d’?

‘Na één spelletje onthouden veel spelers al waar de letters voor staan, zoals ‘u’ voor up-quark en ‘d’ voor down-quark. Ook leren ze welke combinaties ze nodig hebben om de grotere deeltjes te maken. Bovendien staat er op elk van de 120 kaarten een leuk weetje over wat voor deeltje het is, hoe het ontstaat of wat zijn levensduur is.’

Via veilingen kun je een deeltjesversneller bemachtigen. Beeld: Quirky Quarks

Welke uitdagingen kwam u tegen bij het vertalen van de wetenschap naar het spel?

‘De grootste uitdaging was om een balans te vinden tussen de hoeveelheid informatie en het speelgemak. Bij te veel deeltjes zouden mensen misschien afknappen op het spel én op de deeltjesfysica. Daarom heb ik bepaalde deeltjes weggelaten. Ik heb ook lang getwijfeld of ik krachten in het spel zou opnemen. Uiteindelijk heb ik besloten om kaarten te gebruiken met deeltjes die krachten bemiddelen in plaats van kaarten met de krachten zelf.’

Wat voor reacties krijgt u?

‘Spelers verbazen zich over hoe weinig kennis ze nodig hebben om het spel te kunnen spelen. Geen kennis, eigenlijk. Daarnaast stellen veel mensen me, nadat ze een ronde hebben gespeeld, meer vragen over deeltjesfysica. Dat is voor mij het grootste succes. Omdat ik hoopte dat mensen door het spel nieuwsgierig zouden worden naar deeltjesfysica, heb ik een boekje toegevoegd waarin ik de context van het spel uitleg.’

U houdt u nu bezig met zowel natuurkunde als wetenschapscommunicatie. Waar ligt uw toekomst?

‘Mijn opa, mijn grote voorbeeld, is een enorme natuurkundegek. Door hem heb ik me altijd al willen verdiepen in de wereld van natuurkundeonderzoek. Ik start dan ook in het najaar met de studie toegepaste natuurkunde aan de Columbia-universiteit in de Verenigde Staten. Maar ik denk dat onderzoek alleen zinvol is als het goed gecommuniceerd wordt en voor iedereen begrijpelijk is. Daarom wil ik verder met beide.’