Door de stijgende zeespiegel zullen we in de toekomst meer te maken gaan krijgen met overstromingen. Uit onderzoek van klimaatwetenschapper Tim Hermans blijkt dat de geschatte overstromingskans op veel plekken wereldwijd binnen dertig jaar tien keer hoger ligt dan nu.

Hoe bepaalden jullie de toekomstige overstromingskans?

‘Ten eerste keken we naar hoeveel zeespiegelstijging er nodig is voor een bepaalde toename in de kans op een overstroming. Dit bepaalden we aan de hand van waterstandmetingen op 477 plekken wereldwijd langs de kust. Door die metingen weet je hoe hoog een lage, gemiddelde en een extreme waterstand op die specifieke locatie is en hoe vaak deze waarden voorkomen.

We hebben toen per locatie het verschil berekend tussen bijvoorbeeld een extreme waterstand die eens per honderd jaar voorkomt en een waterstand die eens per tien jaar voorkomt. Hierdoor weten we hoeveel zeespiegelstijging er nodig is voor een vertienvoudiging van de overstromingskans. Dit konden we dan weer koppelen aan de voorspellingen van het IPCC over hoe snel de zeespiegelstijging gaat, gebaseerd op broeikasgasemissiescenario’s. Zo konden we een inschatting maken van binnen welk tijdsbestek die vertienvoudiging van de overstromingskans op die locaties waarschijnlijk zal plaatsvinden.’

'Als maaltijdbezorger heb je je te voegen naar de algoritmes'
LEES OOK

'Als maaltijdbezorger heb je je te voegen naar de algoritmes'

Arbeidsrechtspecialiste Jana Retkowsky onderzocht het werk van maaltijdbezorgers. 'Door het algoritme worden ze als robots.'

Wat willen jullie bereiken met het onderzoek?

‘We willen beleidsmakers een idee geven van hoeveel tijd er nog is om bepaalde maatregelen te nemen. Wanneer je een indicatie kunt geven van wanneer de overstromingskans tot een bepaald niveau is toegenomen, kunnen beleidsmakers bepalen of ze dit niveau wel of niet acceptabel vinden. Mocht dat niet zo zijn, dan weten ze ook gelijk hoeveel tijd ze nog hebben voor deze kans zich voordoet. Sommige maatregelen kosten tientallen jaren om te realiseren. Het is dus fijn daar op tijd een indicatie van te hebben.’

Tim Hermans

Is een vertienvoudiging van de overstromingskans altijd erg?

‘Wanneer een kans op overstroming tien keer zo groot wordt, is dat een flink grotere kans. Maar de ernst van een overstroming hangt natuurlijk vooral af van hoeveel schade die veroorzaakt. De vraag wat onacceptabel is – een overstromingskans van 1, 10 of 100 procent elk jaar – hangt af van wat de beleidsmakers vinden en waar de kustbescherming nu al tegen is opgewassen. Voor Nederland zijn er bepaalde ondergrenzen opgesteld. Als de kans hoger dan die ondergrens wordt, zouden er in principe maatregelen getroffen moeten worden.

We zagen dat het overstromingsrisico het snelst zal toenemen op plekken waar de variatie van extreme waterstanden nu niet zo groot is. Dit geldt bijvoorbeeld voor Zuid-Europa, delen van Azië en Australië en eilanden in de Stille Oceaan. Daar zal de zeespiegelstijging meer teweegbrengen dan op plekken als Nederland, waar we qua extreme waterstanden al wat gewend zijn.’

Wat vonden jullie voor Nederland?

‘In het algemeen vonden we dat de toename in de kans op overstromingen sneller gaat bij het noorden van Nederland dan bij het zuiden. In Den Helder bijvoorbeeld is de ondergrens nu vastgesteld op een overstromingskans van eens in de duizend jaar. Die kans op overstroming zal in het hoogste emissiescenario in het jaar 2116 honderd keer groter kunnen zijn, dus eens per tien jaar. Maar door onzekerheden in de berekeningen kan dat ook al in het jaar 2067 zijn. Daar moeten beleidsmakers rekening mee houden. Bovendien zagen we dat de kans op overstromingen wereldwijd minder snel zal toenemen als er minder broeikasgassen worden uitgestoten. Maar ongeacht het emissiescenario zitten we tot 2050 al vast aan een bepaalde toename in overstromingskans, vanwege de broeikasgassen die we al uitgestoten hebben.’

Tim Hermans is postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit Utrecht. Hij onderzoekt hedendaagse en toekomstige veranderingen van de zeespiegel. De resultaten van dit onderzoek verschenen in het tijdschrift Nature Climate Change.