Bij het transport van donororganen gaat vaak kostbare tijd verloren. Er wordt geëxperimenteerd met onbemande drones die nieren, longen of hart naar een ziekenhuis brengen. Is deze manier ook voor Nederland noodzakelijk?

Vorig jaar september, in de nacht, lag in een ziekenhuis in het Canadese Toronto een man (63) hoopvol te wachten in een operatiekamer, terwijl de hoofdchirurg op het dak de hemel aftuurde. Ze wachtten op een drone met donorlongen aan boord. Het was ’s wereld eerste onbemande luchttransport van longen.

Donororganen zijn schaars. Alleen al in Nederland staan er honderden mensen voor op de wachtlijst. Als er een donorhart, -long of -nier beschikbaar is, dan moet de transplantatie zo snel mogelijk plaatsvinden. De kwaliteit neemt namelijk af zodra een orgaan het lichaam van de donor verlaat. Duurt dat te lang, dan kan de transplantatie mislukken.

'Stel een leeftijdsgrens in voor euthanasie bij psychisch lijden'
LEES OOK

'Stel een leeftijdsgrens in voor euthanasie bij psychisch lijden'

We moeten terughoudender zijn met het aanbieden van euthanasie bij psychisch lijden, stelt psychiater Jim van Os. Vooral bij jonge mensen.

Nu worden donororganen met een auto, vliegtuig of helikopter vervoerd. In drukke steden, zoals Toronto, is het verkeer een groot obstakel voor het wegtransport. Dat probleem is verleden tijd bij de inzet van onbemande luchtvaartuigen voor orgaantransport, schrijven Canadese onderzoekers in een analyse van de dronevlucht van vorig jaar in het vakblad Science Robotics.

‘De mogelijkheid om rechtstreeks van de donor naar het transplantatieziekenhuis te vliegen, leidt tot kortere reistijden, betrouwbaardere planning en minder belasting van het medisch personeel’, zegt Andrew Sage van het onderzoeksinstituut van het Toronto General Hospital.

In 2019 leverde een drone in de Verenigde Staten ook al een nier af voor een persoon (44). Hierbij was de tijdswinst van een paar minuten minder essentieel dan bij het longtransport. Hart en longen moeten binnen vier tot zes uur na het verwijderen uit de donor getransplanteerd worden, terwijl een nier 24 uur lang goed blijft.

Orgaantransportkist

Aan het transport van de longen in Toronto ging uitgebreide, jarenlange voorbereiding vooraf. De onderzoekers gebruikten een commercieel verkrijgbare drone van 1,6 meter breed en 0,7 meter hoog en bouwden deze om. Ze verbeterden de elektronica zodat ze de controle niet zouden verliezen en plaatsten extra camera’s, een parachute en gpssysteem. Ook haalden ze het zware landingsgestel en laadrek eraf en monteerden een speciaal ontworpen, lichtgewicht orgaantransportkist.

Hoewel longen zelf niet veel wegen, is er wel zware apparatuur nodig om de organen gekoeld en goed te houden. Inclusief levensreddende vracht woog de drone nog altijd niet meer dan 25 kilo.

Na vierhonderd testvluchten tussen de daken van de twee ziekenhuizen in Toronto – waar speciale landingsplatforms waren gebouwd – was de drone klaar voor zijn eerste orgaantransport. In september 2021 was het zover. Er waren donorlongen beschikbaar en de weersomstandigheden waren goed: geen regen, weinig wind en goed zicht. Het luchttransport over een afstand van 1,5 kilometer, wat ongeveer vijf minuten duurde, en de daaropvolgende longtransplantatie waren een succes. Goed nieuws voor de longfibrosepatiënt die twee dagen na de transplantatie alweer naar huis mocht.

‘In vergelijking met andere organen zijn longen lastig te transporteren omdat ze groot zijn en meer conserveringsvloeistof nodig hebben’, zegt Sage. ‘De succesvolle levering van longen laat dus zien dat routinematig transport van andere organen ook mogelijk is.’ Hij denkt dat dit binnen vijf tot tien jaar kan. ‘De grootste uitdaging is de integratie van deze technologie in het bestaande luchtverkeer.’

Ver-van-ons-bedshow

Toch is orgaanvervoer per drone, volgens Ruben de Gram, manager orgaandonatievervoer bij Witte Kruis in Nederland, nog een ver-van-ons-bedshow. Eerst moet het technisch mogelijk zijn om betrouwbaar organen en benodigde conservatieapparatuur te vervoeren. ‘Het is ondenkbaar dat een drone met een orgaan crasht door een technisch probleem.’

Verder is er uitgebreide infrastructuur nodig, zoals landingssystemen, zodat de drones tussen ziekenhuizen en afleverlocaties kunnen vliegen. Dat moet gebeuren in zowel Nederland als in alle andere landen die zijn aangesloten bij Eurotransplant, de organisatie die verantwoordelijk is voor werving en coördinatie van donororganen.

En tot slot is er nog de wet- en regelgeving voor het luchtruim. ‘Omdat de techniek en wet- en regelgeving van drones feitelijk nog in de kinderschoenen staan, is er nog geen werkwijze mogelijk waarbij een drone vanuit Nederland naar bijvoorbeeld Duitsland vliegt’, aldus De Gram.

Dronevervoer heeft misschien voordelen in landen, zoals Canada, waar organen over grote afstanden vervoerd moeten worden, maar De Gram ziet voorlopig geen noodzaak voor orgaantransport per drone in Nederland. ‘We hebben nog niet dermate last van toenemende verkeersdrukte dat het vervoer van organen in het gedrang komt. Het voordeel van wegtransport is dat er menselijke controle aanwezig is en er snel tussen verschillende transportmiddelen geschakeld kan worden. In Nederland worden wel tests uitgevoerd met dronetransport van medicijnen en bloed tussen ziekenhuizen.’