Als je vliegt is het handig om licht te zijn, maar een prehistorisch vliegend reptiel heeft dat nooit begrepen. Het dier koos het luchtruim met een lading steentjes in zijn buik.

Bron: Laura Codomiu/Luis M. Chappe/Fabricio D. Cid
De steeneter in kwestie is de Pterodaustro guinazui, die aan het eind van het dinosaurustijdperk leefde. Toen hij een nieuw fossiel bestudeerde, ontdekte Luis Chiappe van het Natuurhistorisch Museum in Los Angeles dat de buikholte van het dier 19 stenen bevatte. De steentjes hadden een diameter tussen de 1,5 en 8,4 millimeter.
P. guinazui staat bekend als de reptielachtige versie van de flamingo, omdat zijn ongewoon lange schedel hem een snavelachtige snuit opleverde. Paleontologen denken dat hij zijn honderden lange, dunne tanden gebruikte om lekker hapjes uit ondiep water te filteren.

‘Soms ontwikkelen het lichaam en het brein zich in een andere richting’
Wat voor effect hebben genderrollen op transgender personen? Medisch psycholoog Baudewijntje Kreukels bestudeert het brein, gender en geslacht.

Bron: Wikimedia Commons/ Nobu Tamura
Volgens Chiappe gebruikte de pterosaurus de steentjes om de kleine schaaldieren die om zijn menu stonden te vermorzelen. Deze strategie komt veel voor bij vogels die hun eten uit het water filteren. Tot die groep behoren ook flamingo’s.
’Dit is een heel speciale pterosaurus’, zegt Lorna Steel van het Natuurhistorisch Museum in Londen. De meeste soorten aten vissen of insecten, en gebruikten scherpe tanden om hun maaltje uiteen te scheuren. Anders dan de P. guinazui hadden ze dus geen reden om stenen op te peuzelen. “Dit komt waarschijnlijk alleen voor bij pterosauriërs die hun eten filterden’, aldus Steel.