Experimenten met ratten wijzen erop dat gemodificeerde probiotica beter werken tegen de symptomen van reumatoïde artritis dan injecties.

Het innemen van onschadelijke bacteriën die afweerreacties onderdrukken, kan de symptomen van reumatoïde artritis (RA) verzachten, blijkt uit onderzoek met ratten. Deze vorm van medicatie lijkt effectiever dan injecties.

Bij RA, de meest voorkomende vorm van reuma, is de afweer van de patiënt van slag. Het lichaam valt gewrichten aan, wat leidt tot pijn, zwellingen en stijfheid. Daarom nemen patiënten met een ernstige vorm van de aandoening vaak medicijnen die het afweersysteem onderdrukken. Sommige van die medicijnen worden als injectie toegediend, andere in tabletvorm.

‘Depressie zit niet alleen in het hoofd, maar in het hele lichaam’
LEES OOK

‘Depressie zit niet alleen in het hoofd, maar in het hele lichaam’

Psychiatrisch epidemioloog Brenda Penninx onderzoekt het verband tussen mentale en lichamelijke gezondheid.

Huidige medicatie

Een van die medicijnen tegen RA is ShK-186. Dit medicijn is afgeleid van het gif van zeeanemonen. Het is al op proefdieren getest, en op kleine schaal ook op mensen, met veelbelovende resultaten. Het doelwit ervan is een afweercel die een cruciale rol speelt bij het ontwikkelen van RA.

Het probleem van medicijnen zoals ShK-186 is de toedieningswijze: met injecties, en bovendien op regelmatige basis. Dit is vervelend voor patiënten, waardoor die zich misschien niet aan de medicatievoorschriften houden, en het kan het risico op infecties verhogen.

Darmbacterie

Daar wilde immunologe Christine Beeton, verbonden aan Baylor College van Geneeskunde in Texas, met haar collega’s een oplossing voor vinden. Haar team modificeerde de genen van de bacterie Lactobacillus reuteri, een bacterie die van nature in onze darmen leeft en vaak wordt gebruikt om yoghurt te maken. Daardoor gaat de bacterie een andere versie van ShK-186 produceren: ShK-235. Het idee is dat de bacteriën na inname in de darm ShK-235 gaan aanmaken.

‘We wilden een probioticum testen waarover al veel bekend is en dat niet gevaarlijk is voor mensen, en het daarna modificeren zodat de bacteriën het medicijn gaan aanmaken, zodat injecties niet meer nodig zijn’, zegt Beeton.

Voor het onderzoek gebruikten de wetenschappers ratten die RA hadden. Ze dienden de ratten drie weken lang ShK-235 toe: één groep dieren kreeg het medicijn om de dag in de vorm van een injectie, de andere groep kreeg elke dag het probioticum met de gemodificeerde bacteriën.

De ratten die waren geïnjecteerd, hadden 60 procent minder zwelling in hun tenen, polsen en enkels dan ratten die een oplossing zonder medicijn geïnjecteerd hadden gekregen. De ratten die waren behandeld met de probiotica, vertoonden met 84 procent minder zwelling een nog groter effect.

‘De eerste keer dat we het probeerden, geloofden we de uitkomst niet’, zegt Beeton. ‘We dachten dat we een fout hadden gemaakt, dus deden we de proef opnieuw. En nog steeds zagen we deze resultaten.’

Toekomstig onderzoek

Beeton en haar collega’s zagen bij het onderzoek geen schadelijke bijwerkingen. Maar voordat de probiotica worden getest op mensen, moet eerst in kaart worden gebracht wat het effect is op ons microbioom: de verzameling micro-organismen die in en op ons eigen lichaam leeft. ‘We hopen dat probiotica ook gebruikt kunnen worden voor bestaande medicijnen die nu nog geïnjecteerd worden, maar dat moet nog getest worden’, zegt Beeton.

‘Het lijkt bijna te mooi om waar te zijn’, zegt reumatoloog Paul Emery, verbonden aan de universiteit van Leeds in het Verenigd Koninkrijk. ‘De hoeveelheden van het medicijn in het bloed zijn hoger met deze probiotica dan met injecties, wat opvallend is. Als de nieuwe toedieningsvorm bij mensen net zo goed werkt als bij ratten, hebben ze een doorbraak te pakken. Maar ratten zijn niet hetzelfde als mensen, dus dit onderzoek moet zo snel mogelijk herhaald worden bij mensen.’

Emery verwacht wel dat de probiotica bij mensen hetzelfde resultaat laat zien. ‘Zelfs als dit geen perfecte behandeling is voor reumatoïde artritis, kan dit worden gecombineerd met bestaande injecties. Het is onwaarschijnlijk dat de verschillende medicijnen elkaar in de weg zitten.’