Iowa City, Iowa (VS) – Stalagmieten in een grot in het regenwoud van Berlize weerspiegelen het optreden van een El Niño.


Onderzoekers van de University of Iowa en de University of New Hampshire in de Verenigde Staten ontdekken dat ze aan de hand van stalagmieten in een grot in het regenwoud van het Midden-Amerikaanse land Berlize het optreden van een El Niño kunnen herleiden. De wetenschappers namen zo'n 1300 samples op een afstand van twintig micron en berekenden in de monsters de ratio van koolstofisotopen in de stalagmiet over de laatste dertig jaar. De klimaatveranderingen in de koolstofcyclus in het bovenliggende regenwoud beïnvloeden de samenstelling van de stalagmiet. In de jaren waarin een El Niño plaatsvindt is de ratio anders dan de jaren waarin de onregelmatig terugkerende klimaatverandering uitblijft. De laatste sterke El Niño (Spaans voor 'kerstkind') vond plaats in 1997/1998.

Wetenschappers van de universiteit van New Hampshire en Iowa onderzoeken de stalagmieten in de Actun Tunichil Muknal grot (Grot van het stenen graf) in Berlize.


Normaal gesproken duwen de passaatwinden rond de evenaar de warme toplaag van de oceaan voor de kust van Peru in de richting van Azië en Australië, waar het warme water zich rond Indonesië ophoopt. Voor de Peruaanse kust welt vervolgens koud water naar boven, dat de 'leegte' van het warme water vult. In het geval van een El Niño zwakken de passaatwinden af, waardoor het warme water terugstroomt naar de kust van Peru. Dit veroorzaakt vele klimaatveranderingen, waaronder een hogedrukgebied boven Peru. Daarnaast verdampt er door de hoge temperatuur van de oceaan meer water, dat vervolgens als stortregens voor de westkust van Amerika weer naar beneden komt en daar overstromingen en andere vormen van overlast veroorzaakt. Aan de andere kant van de aarde, in Azië en Australië, kampt de bevolking juist met extreme droogte. In Nederland zijn de gevolgen van El Niño minimaal. Een natte lente is het enige dat wij ervan merken.

Sabrine Caspers