Een dodelijke vorm van de vogelgriep is voor het eerst ontdekt in het Antarctische gebied. Het virus kan leiden tot de dood van veel zeehonden en walvissen, en ook van miljoenen vogels.

De dodelijke vorm van de vogelgriep die wereldwijd al miljoenen wilde vogels heeft gedood, heeft zich verspreid naar Antarctica. Gevreesd wordt dat dit een verwoestende invloed zal hebben op de zeehonden en walvissen in het gebied, maar ook op vogels zoals pinguïns en albatrossen. Het zou zelfs tot het uitsterven van soorten kunnen leiden.

‘Er zijn soorten op sommige Antarctische eilanden en Sub-Antarctische eilanden die uniek zijn voor die eilanden en die slechts in kleine aantallen voorkomen: honderden of duizenden’, zegt patholoog Thijs Kuiken van de Erasmus Universiteit Rotterdam. ‘Als het virus die populaties bereikt, worden ze met uitsterven bedreigd.’

‘De mooiste dingen ontdek je door er niet specifiek naar te zoeken’
LEES OOK

‘De mooiste dingen ontdek je door er niet specifiek naar te zoeken’

Medisch bioloog Yvette van Kooyk wil het immuunsysteem leren kankercellen aan te vallen door hun suikerjas-vermomming weg te knippen.

Verspreiding

Als het virus zich rond Antarctica verspreidt, bestaat ook het risico dat trekvogels het voor het eerst overbrengen naar Nieuw-Zeeland en Australië, zegt Kuiken. De H5N1-vogelgriep die sinds 2020 veel wilde vogels in Europa, Azië en Afrika doodt, werd in 2021 over de Atlantische Oceaan naar Noord-Amerika overgebracht. In oktober 2022 werd het ontdekt in Zuid-Amerika.

Het is bekend dat daar duizenden zeezoogdieren en honderdduizenden vogels van veel verschillende soorten zijn gestorven. Het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk nog veel hoger. In december 2022 had de ziekte zich verspreid naar het zuidelijke puntje van Zuid-Amerika.

Reuzenstormvogels

Vorige week vonden onderzoekers van een wetenschapsstation op Bird Island, nabij het grotere eiland South Georgia, een aantal zieke vogels. Het ging om subantarctische grote jagers (Stercorarius antarcticus) en reuzenstormvogels. Ze stuurden monsters naar het Verenigd Koninkrijk om ze te testen.

‘De test kwam gisteren terug en ze waren inderdaad positief’, zegt zeevogelecoloog Norman Ratcliffe van de British Antarctic Survey. Tot nu toe zijn er slechts dertig dode vogels gevonden, maar de angst is dat H5N1 zich snel zou kunnen verspreiden in de grote en dichte vogelkolonies op Bird Island en South Georgia.

Grote jagers en reuzenstormvogels doden andere vogels, of eten hun aas. Daardoor is de kans groot dat ze besmet raken. Ze overwinteren voor de kust van Zuid-Amerika en migreren in de zomer naar plaatsen als South Georgia, zegt Ratcliffe. De verwachting was dat deze vogels de soorten waren die de ziekte waarschijnlijk zouden verspreiden in het Antarctische gebied.

Hoogpathogene vogelgriep

Dieren op Antarctica zijn nog nooit blootgesteld aan een hoogpathogene vogelgriep. Dit type vogelgriep leidt, in tegenstelling tot de mildere laagpathogene vogelgriep, tot ernstige ziekte of overlijden van de dieren.

‘Er is [nu] een reële kans dat het virus het vasteland van Antarctica zal bereiken of al heeft bereikt’, zegt Kuiken. Hij was een van de wetenschappers die in augustus een rapport uitbracht dat waarschuwt voor dit risico.

Er zijn maar een paar onderzoeksstations op het vasteland en het toeristenseizoen is nog niet begonnen, dus veel vogels kunnen al sterven zonder dat het wordt opgemerkt, zegt Ratcliffe. ‘Er wordt daar heel weinig geobserveerd.’

Vogels zoals pinguïns en albatrossen broeden traag, zegt Kuiken. ‘Dus als er een sterfte optreedt in een broedkolonie van 50 of 70 procent, zoals we hebben gezien in sommige zeevogelkolonies in Europa, dan zal het jaren, zo niet decennia, duren voordat deze populaties terugkeren naar hun vroegere niveau.’

Kerguelenstern

Het rapport van augustus noemt enkele zeldzame soorten die gevaar lopen door het virus zijn. Dat zijn onder andere verschillende soorten parkieten die alleen voorkomen op de Auckland- en Antipodeneilanden ten zuiden van Nieuw-Zeeland, de vluchtloze Falklandbooteend, de Kerguelenstern en de Nieuw-Zeelandse zeeleeuw.

Zuidpoolonderzoekers nemen voorzorgsmaatregelen zoals het desinfecteren van schoeisel en apparatuur. Locaties waar de ziekte voorkomt, worden gesloten voor toerisme. Verder kan er niet veel worden gedaan om de verspreiding van het virus tegen te gaan. ‘Het is het waarschijnlijkst dat de overdracht van vogel op vogel zal plaatsvinden’, zegt Ratcliffe.

De virussen van Bird Island worden nu geanalyseerd, zegt Ian Brown van het Britse Animal and Plant Health Agency, dat de eerste tests uitvoerde. ‘We weten dat het H5N1 is, maar aan de verdere karakterisering wordt nog gewerkt, inclusief het DNA, dat de verwantschap met andere virussen en dus de waarschijnlijke oorsprong zal bevestigen’, zegt hij.