Vanaf medio 2021 mogen coffeeshops in tien Nederlandse ­gemeentes alleen nog legaal geteelde ­cannabis verkopen. Zal dit gerucht­makende ­‘wietexperiment’ belangrijke inzichten opleveren die we niet kunnen afkijken van de grootschalige ­legaliseringen in ­andere landen?

Waarom blijven we niet gewoon gedogen?

De ooit gevierde paradox van het gedoogbeleid zorgt voor steeds grotere problemen. Voor alle 570 coffeeshops in Nederland is het strafbaar om cannabis in te kopen. Ze mogen het spul alleen vérkopen. Aangezien het een niet mogelijk is zonder het ander, zijn coffeeshops gedwongen om zaken te doen in de schaduwen. Bij de invoering van het gedoogbeleid in de jaren zeventig hoopte men dat die verborgen cannabis­leveringen vooral van onschuldige enthousiastelingen zouden komen. Die aanname is onjuist gebleken. Rapport na rapport concludeert dat de cannabisindustrie inmiddels verweven is geraakt met de georganiseerde criminaliteit en hun samen­leving ondermijnende activiteiten: witwassing, prostitutie, omkoping, harddrugshandel en geweld. Een consortium van burgemeesters sprak daarom over ‘het failliet van het gedoogbeleid’. Zij ­moeten machteloos toezien hoe de politie jaarlijks ruim 6000 ­illegale en brandgevaarlijke hennepkwekerijen ontmantelt, maar dat criminele groeper­ingen op zolders en in garages net zo snel nieuwe lucratieve kwekerijen laten ­verrijzen. Legale concurrentie is niet mogelijk. Daar komt ­binnenkort verandering in, als het ‘experiment gesloten ­coffee­shopketen’ eindelijk van start gaat.

Dit is een premium-artikel

Lees direct verder, al vanaf €1,99 per maand. Al abonnee? Log in om direct verder te kunnen lezen.

InloggenBekijk aanbod