Hoe komen wetenschappers tot dat ene inzicht dat het verloop van hun carrière bepaalt? Daarover vertellen ze in de rubriek Eureka, elk weekend in het AD, verzorgd door de redactie van New Scientist. Deze keer: Claes de Vreese, universiteitshoogleraar Artificial Intelligence and Society bij de Universiteit van Amsterdam.

‘Informatietechnologie in het algemeen en Kunstmatige Intelligentie (AI) in het bijzonder zijn de wereld in rap tempo aan het veranderen. Het gebruik van AI en geautomatiseerde processen voor besluitvorming leidt tot allerlei nieuwe vragen en zorgen. Denk bijvoorbeeld aan de toeslagenaffaire.

Sinds vorig jaar ben ik universiteitshoogleraar, en in deze functie ga ik me richten op de steeds grotere rol die geautomatiseerde besluitvorming en AI spelen in onze digitale samenleving. Ik heb speciale interesse in democratie, politiek en media. Onderzoek op die twee laatste deelterreinen hebben geleid tot mijn grootste moment van inzicht.

De glibberige zoektocht naar veiligere en effectievere zonnebrandcrèmes
LEES OOK

De glibberige zoektocht naar veiligere en effectievere zonnebrandcrèmes

Geregeld duiken er verhalen op over hoe slecht zonnebrand­crèmes wel niet zouden zijn voor het milieu en onze ­gezondheid. Wat klopt daarvan? En ka ...

Claes de Vreese, universiteitshoogleraar Artificial Intelligence and Society. Beeld: Bob Bronshoff.

Het was ergens in 2008, ik was hoogleraar politieke communicatie, en ik leefde eigenlijk met het idee dat de opkomst van sociale media voor de politiek niet echt belangrijk zou zijn. Sterker nog, dat heb ik zelfs wel eens in het openbaar gezegd.

Mensen die zich met politiek bezighouden, gaan dat echt niet op Facebook doen, was mijn gedachte. Ik had het mis, en een absoluut eurekamoment kreeg ik door Geert Wilders. Twitter was een paar jaar eerder van start gegaan, en had nog geen enorm bereik. Wilders had iets getwitterd, en de volgende dag was zijn tweet de opening van NRC. 

Een unicum voor die tijd. Ik legde de krant weg, en wist meteen: hier gebeurt iets. Opeens werd iets van een marginaal sociaal mediakanaal door alle NRC-lezers gezien. Het artikel werd vervolgens door alle andere traditionele media aangehaald, en daardoor kreeg die tweet een enorme impact.

Ik aanschouwde een dynamiek die ik niet kende. Mijn vakgebied bestond uit de driehoek publiek, politiek en de media. Sinds die dag is er een vierde aan toegevoegd: de sociale media. Het begint met 140 karakters, het groeit, gaat viraal, wordt overgenomen door nu.nl en een uur later heb je Kamervragen.’