Door de digitale revolutie dreigt eeuwenoude kennis over de natuur in de vergetelheid te geraken. En dat terwijl deze informatie door alle bedreigingen voor de biodiversiteit belangrijker is dan ooit. Met een enorme online encyclopedie willen biologen daarom hun vakgebied toekomstbestendig maken.

Verspreid over de hele wereld liggen ze te verstoffen in bibliotheken van universiteiten, musea en verzamelaars. Duizenden, zo niet miljoenen boeken en wetenschappelijke bladen vol ­beschrijvingen van dier- en plantensoorten die onze planeet rijk is, van boomkikkers in de Braziliaanse Amazone tot mestkevers op de Serengeti. In de afgelopen eeuwen hebben biologen naar schatting een half ­miljard pagina’s bij elkaar geschreven. Deze vormen een enorme schat aan kennis, maar wel een die lastig aan te boren is.

Veel van de boeken en vakbladen zijn namelijk niet gedigitaliseerd, waardoor ze enkel terug zijn te vinden in de stoffige bibliotheken waar ze ooit zijn achtergelaten. Daarmee beweegt de taxonomie – de tak van de biologie die zich bezighoudt met het beschrijven van soorten – onvoldoende mee in de digitale wereld van tegenwoordig. ‘Ik merk het steeds vaker bij mijn studenten: wanneer ze de informatie die ze nodig ­hebben niet kunnen vinden op het internet, dan lijkt het voor hen alsof die niet bestaat’, zegt bioloog Jeremy Miller, werkzaam aan Naturalis Biodiversity Center in Leiden. ‘Veel van de kennis die in de loop van de eeuwen is opgedaan, lijkt nu min of meer digitaal vergeten te worden.’

‘Invasieve exoten bestrijden  doet meer kwaad dan goed’
LEES OOK

‘Invasieve exoten bestrijden doet meer kwaad dan goed’

Het is doorgaans geen goed idee om invasieve exoten te bestrijden, stelt Menno Schilthuizen. Daarmee vertraag je het natuurlijke proces.

Deze ontwikkeling begint biologen voor problemen te stellen. Want juist op dit moment blijkt deze kennis van onschatbare waarde. ‘We bevinden ons aan het begin van een grote biodiversiteitscrisis’, zegt Miller. ‘Daarin is onze taxonomische kennis cruciaal. Wanneer de wereld verandert, bijvoorbeeld door klimaatverandering, is het van belang dat wij kunnen vertellen hoe de ­wereld eruitzag. En dat is nu heel lastig.’

Volgens Miller zal er dan ook een enorme klus geklaard moeten worden: het op één digitale plek samenbrengen van alle taxonomische kennis die ooit opgedaan is – een soort zeer gedetailleerde encyclopedie van al het bekende leven op aarde.

Moderne taxonomie

De enorme omvang en diversiteit van deze kennis kan biologen helpen bij het beantwoorden van vraagstukken over de veranderende aarde. Zo bevat de taxonomische literatuur niet alleen beschrijvingen van bekende dieren zoals uilen en tijgers, maar ook veel specifieke informatie over de aanwezigheid van zeldzame insectensoorten op een bepaalde plek en een bepaald moment.

Juist die informatie is nu van groot belang. ‘We weten dat kleine, diverse soorten een nauwkeurig beeld geven van veranderingen in de natuurlijke wereld’, zegt Miller. ‘Zulke soorten leven over het algemeen in een omgeving met zeer specifieke omstandigheden. Daardoor zijn zij het gevoeligst voor veranderingen in de leefomgeving, zoals een kleine stijging van de gemiddelde temperatuur.’

Een gedetailleerd overzicht van alle beschrijvingen van zo’n soort levert dus waardevolle informatie op over de lokale verandering van de omgeving en de gevolgen hiervan voor de biodiversiteit. En hoewel deze informatie beschikbaar is, zit die voorlopig dus nog verborgen in het ondoordringbare oerwoud van de taxonomische literatuur.

‘Over de bekende, charismatische dieren is al veel informatie te vinden op internet’, zegt Miller. ‘Wanneer we beleidsmakers willen informeren over de effecten van veranderingen op de natuur, moeten we ze juist kennis leveren over allerlei kleine insecten, die misschien wel de helft van de biodiversiteit voor hun rekening nemen.’

Afbeelding 1
Bioloog Jeremy Miller verzamelde alle kennis die ooit over de
T. rex is opgeschreven. Op de achtergrond Naturalis-pronkstuk Trix, een van de circa 165 gearchiveerde exemplaren. Foto: Bram Belloni

Hoe creëer je zo’n digitaal overzicht van alle bestaande taxonomische literatuur van de afgelopen eeuwen, inclusief de beschrijvingen van die ene obscure spinnensoort op een afgelegen eiland? ‘Het is natuurlijk ondoenlijk om zelf een half miljard pagina’s te gaan scannen’, zegt Miller. ‘Wat ik nu vooral probeer, is mijn collega’s ervan overtuigen dat het zin heeft om dit te doen.’

Dat doet de bioloog aan de hand van proefprojecten, waaronder één rondom Tyrannosaurus rex, de befaamde dinosaurussoort waartoe ook Naturalis-pronkstuk Trix behoort. Samen met collega’s verzamelde Miller alle kennis die ooit over deze soort is opgeschreven.

Millers projecten zijn al terug te vinden op de website van de Zwitserse organisatie Plazi. Dit moet straks dé online verzamelplek worden voor alle taxonomische kennis. De Zwitserse collega’s van Miller zorgen er alvast voor dat nieuwe kennis uit bepaalde publicaties automatisch op de website terechtkomt.

Intussen probeert Miller de kennis en middelen te vergaren die nodig zijn om eeuwen aan taxonomische literatuur online te krijgen. Een enorme klus, ‘maar gelukkig hoeven we het maar één keer te doen.’

Als het de bioloog lukt, dan maakt hij de taxonomie in één klap toekomstbestendig. Bovendien meent Miller dat hij dan eindelijk de rol van taxonoom in zijn meest moderne vorm kan vervullen. ‘Ik heb taxonomie altijd gezien als een infrastructuur die waardevolle informatie moet opleveren voor de samen­leving. Daarvoor is het nodig dat iedereen die iets wil weten over het leven op aarde – van beleidsmakers tot milieuactivisten en van studenten tot geïnteresseerde leken – toegang heeft tot die informatie.’

Jeremy Miller wil museumarchieven veel meer digitaliseren. Beeld: Bram Belloni.

De ontbrekende link

Veel van de in de taxonomische literatuur beschreven exemplaren van dieren en planten worden bewaard in natuurhistorische musea. Dit stelt onderzoekers in staat om het werk van hun voorgangers te controleren en, indien nodig, te herzien. Om de ‘digitale encyclopedie’ compleet te maken, is het dus van belang dat gebruikers weten waar de beschreven exemplaren terug te ­vinden zijn. Naturalis werkt mee aan het Distributed System of Scientific Collections (DiSSCo), een digitaal systeem dat onder meer ieder exemplaar in de collecties van Europese musea een unieke code meegeeft. Deze linkt het exemplaar aan de beschrijvingen in de literatuur. Daarmee is het ook mogelijk om een bepaald exemplaar terug te volgen in de tijd, door te tonen waar en wanneer het beschreven is.


Dit artikel is tot stand gekomen in samen­werking met Naturalis Biodiversity Center.