Vorige week bracht een internationaal team van topwetenschappers de resultaten naar buiten van de eerste grootschalige klimaatstudie in acht jaar tijd. Het rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) is door 195 landen goedgekeurd. Het omvat 4000 pagina’s; ongeveer 3000 daarvan worden gevuld door de lijst met referenties naar de 14.000 wetenschappelijke artikelen die worden aangehaald. Dit zijn 13 dingen die we van het rapport hebben geleerd.
1. De wereld is met 0,1 °C meer opgewarmd dan voorheen gedacht
De mate waarin de wereld tot nu toe is opgewarmd is naar boven bijgesteld, vergeleken met de vorige versie van het IPCC-rapport uit 2013. Deze bijstelling komt voort uit verbeterde waarnemingen en een reeks zeer warme jaren in het afgelopen decennium. De gemiddelde oppervlaktetemperatuur van de aarde ligt nu 1,09 °C boven de temperatuur in de periode 1850-1900. De snelheid waarmee de aarde sinds de industriële revolutie is opgewarmd, is op geen enkel moment in de afgelopen 2000 jaar geëvenaard.
2. Het is nog zekerder dat dit komt door onze verbranding van fossiele brandstoffen en andere vervuilende activiteiten
‘Het rapport vertelt ons dat menselijke activiteiten ontegenzeggelijk de oorzaak zijn van de klimaatverandering’, zegt Hoesung Lee, voorzitter van het IPCC. Het rapport zelf zegt: ‘Het is onomstotelijk dat menselijke invloeden de atmosfeer, de oceanen en het land hebben verwarmd.’ In 2013 noemde het IPCC de menselijke invloed slechts ‘duidelijk’.
‘Het verleden is een real life-klimaatmodel,’ zegt deze klimatoloog
Paleoklimatoloog Mei Nelissen bestudeert miljoenen jaren oude microfossielen die vertellen over een klimaatverandering die gr ...
3. De verwachting is dat de aarde binnen twee decennia de 1,5 °C opwarming gaat bereiken of zelfs overtreffen
De vijf uitstootscenario’s die het IPCC heeft doorgenomen, wijzen er allemaal op dat we het moeilijkste doel van het klimaatakkoord van Parijs niet gaan halen: het in de komende twintig jaar beperken van de aardopwarming tot 1,5 °C. Volgens de middelste schatting bereiken we dat punt ergens begin jaren 2030. Zelfs in het scenario met de laagste toekomstige uitstoot van broeikasgassen wordt de drempel waarschijnlijk bereikt.
4. Het is nog altijd mogelijk dat we op lange termijn onder de 1,5 °C blijven
In het laagste uitstootscenario worden de temperaturen 1,5 °C hoger, waarna ze rond 2100 terugvallen tot 1,4 °C. ‘Als we de uitstoot van broeikasgassen snel terugdringen, en rond 2050 wereldwijd netto nul uitstoot van koolstofdioxide bereiken, is het extreem waarschijnlijk dat we de aardopwarming ruim onder de 2 °C kunnen houden’, zegt Valérie Masson-Delmotte van het IPCC. Dat vereist echter een veel krachtiger beleid en veel strengere maatregelen dan regeringen nu hanteren.
5. We zitten al vast aan veranderingen in het klimaat die duizenden jaren zullen aanhouden
De uitstoot die tot dusver heeft plaatsgevonden, maakt bepaalde veranderingen aan het milieu onvermijdelijk. Wel kunnen we die veranderingen nog vertragen door de uitstoot sneller terug te dringen. ‘De opwarming van de diepste lagen van de oceanen, de oceaanverzuring en de stijging van de zeespiegel hangen samen met veranderingen die nadat de wereldwijde oppervlaktetemperaturen gestabiliseerd zijn nog duizenden jaren zullen voortduren. Die veranderingen zijn op menselijke tijdschalen onomkeerbaar’, stelt het rapport.
6. Het terugdringen van bepaalde vormen van luchtvervuiling zal de klimaatverandering waarschijnlijk verergeren
Tot nu toe is de aardopwarming voor een deel tegengegaan door de aerosolen waarmee we de lucht hebben vervuild. Het IPCC schat dat die een verkoelend effect hebben gehad van 0-0,8 °C. Op korte termijn is het bestrijden van luchtvervuiling goed voor de menselijke gezondheid. Ook pak je daarmee enkele dieperliggende oorzaken van klimaatverandering aan. Maar dit zal de komende twee decennia de opwarming zeer waarschijnlijk verergeren, doordat dat verkoelende effect van aerosolen wegvalt.
Meer lezen? Dit zijn volgens ons de drie beste boeken over klimaatverandering.
7. Elke fractie opwarming en elke extra ton CO2 doet ertoe
Elke bijkomende 0,5 °C opwarming van de aarde zal ‘een duidelijk onderscheidbare toename’ veroorzaken van de intensiteit en frequentie van hittegolven, hevige regenval en droogte in bepaalde gebieden. Dat betekent dat we zelfs als we de 1,5 of 2 °C doorbreken, nog steeds de voordelen zullen merken van pogingen om de uitstoot te beperken. Het overschrijden van een dergelijke drempel is dus geen reden om het doel van netto nul uitstoot op te geven.
8. De pandemie heeft weinig invloed gehad op de klimaatverandering
Vorig jaar leidde de coronapandemie tot een enorme afname van de mondiale CO₂-uitstoot, maar dat heeft geen verandering gebracht in het beeld van de klimaatverandering op lange termijn. Volgens het IPCC was de impact van de door lockdowns en economische vertragingen veroorzaakte uitstootvermindering niet te onderscheiden van natuurlijke fluctuaties.
9. Verwijdering van CO₂ gaat belangrijk worden
CO₂ is uit de atmosfeer te halen door middel van technologie en het planten van bomen. Dit lijkt een manier om de mondiale temperatuurstijging tot stilstand te brengen. Het rapport concludeert dat verwijdering van CO₂ de opwarming kan terugdraaien, aldus IPCC-auteur Joeri Rogelj van het Imperial College London. ‘Dat is dus goed nieuws’, zegt hij. Elke ton CO₂ die wordt verwijderd is echter misschien wel 10 procent minder effectief in afkoelen dan elke uitgestoten ton CO₂ is in opwarmen. Met andere woorden: we kunnen niet simpelweg CO₂ uit de atmosfeer halen en doen alsof we het nooit hebben uitgestoten.
10. We kunnen niet op deze manier doorgaan en vertrouwen op de natuur
Als we een hoge uitstoot houden, zullen bossen, oceanen en andere ‘koolstofputten’ minder efficiënt worden in het absorberen van CO₂. ‘In scenario’s met een hoge CO₂-uitstoot zullen natuurlijke koolstofputten in absolute aantallen meer CO₂ gaan opnemen. Maar ze worden dan wel minder effectief: het percentage uitstoot dat door het land en de oceaan wordt opgenomen, neemt af naarmate de totale CO₂-uitstoot toeneemt’, stelt het rapport.
11. ‘Geoengineering’ is vermoedelijk een slecht idee
Een voorgestelde oplossing van het klimaatprobleem is om de atmosfeer te vullen met deeltjes die ervoor zorgen dat minder zonne-energie de aarde bereikt. Dat is vermoedelijk een slecht idee. Volgens het rapport kan deze benadering, evenals andere opties onder de noemer ‘aanpassing van zonnestraling’, weliswaar de aardopwarming neutraliseren, maar zorgt die waarschijnlijk ook voor abrupte veranderingen in watercycli. Dat kan op bepaalde plekken grote gevolgen hebben voor het klimaat. Ook bestaat er het risico dat plotseling stoppen met zo’n methode ‘razendsnelle klimaatverandering’ veroorzaakt. Volgens IPCC-auteur Amanda Maycock van de Britse Universiteit van Leeds brengen dergelijke strategieën ‘een enorm aantal risico’s met zich mee’.
12. Er is geen enkele twijfel meer over het verband tussen klimaatverandering en extreem weer
Hittegolven, overstromingen en andere extreme weersverschijnselen zijn de afgelopen jaren steeds in verband gebracht met klimaatverandering. In 2013 zei het IPCC dat het ‘veranderingen in bepaalde klimaatextremen’ had gemeten, veroorzaakt door menselijke invloeden zoals het verbranden van fossiele brandstoffen. Nu zegt het IPCC dat het ‘inmiddels een vaststaand feit is’ dat de toegenomen frequentie en intensiteit van zulke gebeurtenissen het gevolg is van de menselijke uitstoot.
13. Het noordpoolgebied zal waarschijnlijk op sommige momenten in de komende decennia ijsvrij zijn
Zelfs in een wereld met netto nul uitstoot, het meest gunstige van de vijf IPCC-scenario’s, vervalt het noordpoolgebied voor 2050 waarschijnlijk minstens één keer in een ‘praktisch ijsvrije toestand’. Dat betekent dat er dan minder dan een miljoen vierkante kilometer aan ijs is. In de scenario’s met de hoogste uitstoot zal die ijsvrije toestand tegen het eind van de eeuw in zowat elke nazomer optreden.