Washington, VS – Een project van de National Science Foundation (NSF) leverde gegevens op van 73 miljoen sterren. Astronomen over de hele wereld kunnen de gegevens via het wereldwijde web raadplegen.


Een team van sterrenkundigen onderzocht de nabije sterrenstelsels Grote Magelhaense Wolk en Kleine Magelhaense Wolk en de Melkweg op de aanwezigheid van donkere materie. Daarbij verkregen ze als bijproduct informatie over miljoenen zichtbare sterren, die ze nu beschikbaar hebben gesteld voor hun collega’s.
Het heelal bevat veel meer materie dan astronomen kunnen waarnemen. Bij een speurtocht naar deze zogenaamde donkere materie richtte een team van Australische en Amerikaanse astronomen acht jaar lang hun blik op de Magelhaense wolken en de Melkweg. Ze zochten met name naar planeten en de kleine, koele sterren die bekendstaan als bruine dwergen. Die zijn moeilijk zichtbaar omdat ze geen licht uitzenden. De astronomen keken vooral naar zwaartekrachtslenseffecten, waarbij onwaarneembare massa het licht van verder gelegen objecten op de Aarde richt. De speurtocht leverde veertig kandidaten voor massieve objecten op.
Tijdens hun onderzoek verkregen de astronomen beelden en lichtcurven van 73 miljoen sterren. Op een website kunnen hun collega’s de informatie raadplegen. Met name de gegevens over de regelmatig variërende helderheid van veel van die sterren, vormen een interessant studieobject.
“De lichtcurve is een venster naar het hart van een ster, die ons informatie verschaft die niet op een andere manier verkrijgbaar is”, vertelt Morris Aizenman van NSF. “Als de internationale wetenschappelijke gemeenschap de meetgegevens gaat analyseren, zullen ze zeker op verrassingen stuiten”.

Erick Vermeulen