De World Wide Web Foundation van Sir Tim Berners-Lee heeft de Webindex gelanceerd. Online tonen grafieken de relatie tussen het WWW-gebruik en allerlei sociale, economische en politieke factoren.

Wie in de Webindex zoekt naar Nederland en België, komt met lege handen thuis. De Lage Landen zijn nog niet opgenomen in de eerste editie van de Webindex. Voor die index zijn gegevens van slechts 61 landen gebruikt, verdeeld over alle continenten. In 2013 hoopt men 100 landen mee te nemen. Voor organisaties, overheden en bedrijven moet de Webindex een betrouwbaar gereedschap zijn dat inzicht geeft in het bereik van het wereldwijde web en kan leiden tot beleid dat succesvol gebruik daarvan in een land bevordert.

Het initiatief voor de Webindex komt van Sir Tim Berners-Lee, in 1990 een van de uitvinders van het wereldwijde web bij CERN. Hij is een een grote voorstander van vrije toegang tot het web voor iedere wereldburger. Weliswaar zijn er al veel meetbare gegevens over bijvoorbeeld breedbandgebruik en snelheid, maar Tim Berners-Lee bedacht dat er een gereedschap nodig was dat de vooruitgang en betekenis van het wereldwijde web kan duidelijk maken. Hij maakt zich zorgen over de toenemende censuur en invloed van overheid. Het wereldwijde web moet volgens hem de levensstandaard van mensen verhogen, bijdragen aan vrede en de kwaliteit van leven verbeteren. De Webindex moet die ontwikkeling gaan volgen. Uiteraard zoekt de non-profit-organisatie naar financiële ondersteuning van de megaklus.

‘Fossiele samenwerking is nodig voor een snelle energietransitie’
LEES OOK

‘Fossiele samenwerking is nodig voor een snelle energietransitie’

Universiteiten moeten hun samenwerking met de fossiele industrie niet stopzetten, vindt scheikundige Marc Koper. Dat vertraagt de energietransitie.

De gegevens voor de webindex haalden de samenstellers, onder leiding van Hania Farhan en Jules Clement van de World Wide Web Foundation, bij allerlei grote instanties, zoals de Wereldbank, het Internationaal Energie Agentschap, de Verenigde Naties en uit het CIA The World Factbook. Onder meer Oxford Economics en het Europese Joint Research Centre in het Italiaanse Ispra leverden econometrische en statistische ondersteuning. Het resultaat van de grote klus laat zich op de website weergeven in heldere wereldkaarten en kleurige histogrammen.

Drie belangrijke kenmerken hebben de onderzoekers uit de gegevens afgeleid: Readiness – de aanwezige communicatie-infrastructuur en de institutionele infrastructuur ofwel toegankelijkheid tot het wereldwijde web en aanwezigheid van vaardigheden en opleidingsniveaus. Het tweede kenmerk is The Web, waarbij zowel het gebruik van het wereldwijde web als het aanbieden van content op het platform werd bekeken. Ten slotte is er Impact, de invloed van het wereldwijde web, met als onderdelen bijvoorbeeld sociale netwerken, het commerciële gebruik van internet en verspreiding van e-mailadressen.

Landen als Zweden, de Verenigde Staten en Canada scoren hoog in de 2012-editie van de Webindex. Wellicht valt volgend jaar al te zien in welke positie de Lage Landen zich kunnen nestelen.