Nairobi (KY) – In tien jaar tijd zijn de moerasgebieden in het zuiden van Irak grotendeels opgedroogd. NASA-opnamen bewijzen het snelle verloop van deze milieuramp.


Lang geleden vormde het moerasgebied tussen de Eufraat en de Tigris een belangrijk onderdeel van de Vruchtbare Halve Maan, een gebied dat zich van de Perzische Golf uitstrekte tot Israël. Ooit ontstonden daar beschavingen zoals Babylon en Soemerië, en in dit vruchtbare gebied zijn vroege sporen van landbouw gevonden.
Door het draineren van water en aanleggen van dammen in de Eufraat en de Tigris is een groot deel van de Mesopotamische moerasgebieden verloren gegaan. De NASA heeft aan het milieuprogramma van de Verenigde Naties, UNEP, zestienduizend satellietopnamen gegeven die laten zien hoe snel de moerasgebieden in Irak en Iran zijn gekrompen. Van de oorspronkelijke vijftienduizend tot twintigduizend vierkante kilometer resteert nog maar tien procent. De eeuwenoude beschaving in de moerassen, die nog dateert uit de tijd van de Soemeriërs en Babyloniërs, vervalt. Veel mensen zijn opgevangen in vluchtelingenkampen. Het krimpen van het natte gebied heeft tevens ernstige gevolgen voor trekvogels en dieren die hier van oudsher leven, zoals de otter.

Satellietbeelden vormen een belangrijk instrument voor het in kaart brengen van veranderingen op het aardoppervlak. De groei van de Sahara, het krimpen van het Tsjaadmeer en het Aralmeer en de verspreiding van olievlekken kunnen worden gevolgd. De door de NASA verzamelde beelden van het gebied tussen Eufraat en Tigris tonen nu hoe grote delen van de moerassen zijn veranderd in verzilte, droge vlakten. De opnamen zijn gemaakt met de Landsat-7-satelliet.
De moerasgebieden vormen een belangrijk deel van het Tigris-Eufraatrivierensysteem. Ze bevinden zich nabij de plek waar de rivieren samenkomen, in het zuiden van Irak, en strekken zich uit tot in Iran. De aanleg van dammen in de twee rivieren vormt een belangrijke oorzaak van het opdrogen van de moerasgebieden, dat al begon in de jaren zeventig. Inmiddels zijn er al meer dan dertig grote dammen aangelegd, die samen een hoeveelheid water vastleggen die vele malen groter is dan het volume van beide rivieren. De ecosystemen stroomafwaarts betalen daarvoor een flinke prijs. De belangrijkste oorzaak, zo blijkt onder meer uit de beelden, zijn de massale drainageactiviteiten die na de tweede Golfoorlog zijn uitgevoerd in Zuid-Irak.
Klaus Toepfer, directeur van UNEP, verklaarde: “Deze bevindingen over Mesopotamië waren alleen mogelijk dankzij de 'ogen aan de hemel'. De moeilijke situatie van Irak gedurende het laatste decennium maakte het onmogelijk om de gebeurtenissen in het gebied te volgen. Daardoor heeft deze enorme ecologische ramp, vergelijkbaar met het opdrogen van het Aralmeer of de ontbossing van grote delen van het Amazonegebied, zich totnogtoe vrijwel ongemerkt kunnen voltrekken.”
UNEP roept Irak, Iran, Syrië en Turkijke op om mee te doen aan een herstelplan. Momenteel voert de UNEP met regionale organisaties een wetenschappelijk onderzoek uit aan het Tigris-Eufraatbassin dat moet tonen welke veranderingen het tij kunnen keren.

Erick Vermeulen